Lundi le 10 juin

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Le planning

- huiswerk bespreken

- herhalen ww op IR

- extra oefenen ww op IR

- woordjes herhalen

Nakijken Signaalwoorden - 13a/b p. 94/95

Ik begrijp het nut van signaalwoorden en ik kan ze verstaan/lezen.

1. aussi

2. mais

3. d'abord

4. car

5. ensuite

6. enfin

7. donc

8. parce que

De stam van de regelmatige werkwoorden in de présent op -ir vind ik door ...

1. -ir eraf te halen
2. de uitgang achter het hele werkwoord te zetten
3. -r eraf te halen

Wat zijn de juiste uitgangen van de regelmatige ww. op IR (présent)

1. is, is, it, issons, issez, issent
2. is, is, is, ons, ez, ent
3. is, it, it, isons, isez, isent
4. is, it, it, issons, issez, ont

Regelmatige ww op -IR  présent

Je

Tu

Il/elle/on

Nous

Vous

Ils/elles

ISSONS

ISSEZ

ISSENT

IT

IS

IS

Vervoeg in de présent: (choisir, elles)

Vervoeg in de présent: (finir, elle)

Vervoeg in de présent: (grandir, nous)

Maintenant

Option 1-: Grammaire I herhalen: maken opd 8F tot met 8H p.128-129

Option 2-: Réviser woorden 1-2-4-6-8

Fin du cours - les objectifs

• Ik heb nog een keer geoefend met de ww op IR.
• Ik heb nog een keer met de vocabulaire van unité 6 geoefend.

Les devoirs

- grammaire I herhalen: afmaken opd 8F tot met 8H p.128-129

- alle woorden herhalen

• Zet hw in je agenda.
   
• Stoelen aanschuiven.