3.3

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Wat gaan we doen vandaag?

Eerste blok:

• Toets en planning
• Korte herhaling 3.2
• Uitleg 3.3
• Zelfstandig werken

Tweede blok:

• Bijles

Toets en planning

Week van:

11 november -> H3.3

18 november -> maandag uitval, dinsdag H3.4

25 november -> H3.4

3 december   -> Toets H3

Herhaling

Enkelvoudige rente

Wat was de formule?

• % ÷ 100 x spaarbedrag x jaar

Je zet €4.000 op de bank. Je krijgt hiervoor 2,5% rente. Wat is de rente over 3 jaar?

• 2,5% ÷ 100 = 0,025
• 0,025 x €4.000 = €100
• €100 x 3 = €300

Samengestelde rente

Wat was de formule?

• spaarbedrag x groeifactor^jaar

Je zet €4.000 op de bank. Je krijgt hiervoor 2,5% rente. Wat is de rente over 3 jaar?

• 2,5% ÷ 100 + 1 = 1,025
• €4.000 x 1,025^3 = €4.307,56
• €4.307,56 - €4.000 = €307,56

Wat ga je leren?

• Welke redenen je kunt hebben om te lenen;
• Hoe je de kosten van een lening berekent;
• Welke soorten leningen er zijn;
• Waarom een koop op afbetaling ook een lening is.

Leenmotieven

Kredietkosten berekenen

Formule: termijnbedrag x aantal termijnen - krediet

Wat je aan de bank per maand moet betalen

In hoeveel maanden je het moet terugbetalen

Wat je hebt geleend -> lening

Nu mogen jullie 

Wat? Maak opdracht 2 t/m 7

Hoe? Je mag overleggen, maar geen dierentuin
Waar? 10 minuten in het lokaal

Klaar? Laat het mij zien. 

Na de 10 minuten gaan we verder met uitleg

Kredietvormen

Consumptief krediet = je leent om te kopen

Persoonlijke lening

Vast bedrag terugbetalen

Elke maand hetzelfde

Doorlopend krediet

Je hebt een maximum wat je mag lenen

Salariskrediet

Je mag in het rood staan op de bank

Koop op afbetaling

Nu mogen jullie 

Wat? Maak opdracht 2 t/m 13

Hoe? Je mag overleggen, maar geen dierentuin
Waar? 10 minuten in het lokaal

Klaar? Laat het mij zien. Mag je iets voor jezelf doen

Wat waren de fomules?

Enkelvoudige rente?

• % ÷ 100 x spaarbedrag x aantal jaar

Samengestelde rente?

• spaarbedrag x groeifactor^aantal jaar

Kredietkosten?

• termijnbedrag x aantal termijnen - krediet

Nu mogen jullie 

Wat? Maak opdracht 2 t/m 13 van 3.3 (blz. 78)

Hoe? Je mag overleggen, maar geen dierentuin
Waar? 15 min in het lokaal

Klaar? Laat het mij zien. Mag je iets voor jezelf doen