Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Wat is er fout aan deze zin? Vandaag gingen wij naar de studie tijdens de 3 de lesuur en toen zei de leerkracht tegen ons dat we geen studie hadden in de refter, daarna zijn we gaan zoeken waar we studie hadden maar we vonden niks.
Slide 2 - Question ouverte
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Waarom is een antwoord als 'Is goed' geen correcte zin?
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
'Omdat ik honger heb.' Als ik deze zin zou schrijven is dat een correcte zin.
A
ja
B
neen
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Is dit een correcte zin? Ik heb de boek niet gelezen want de thema interesseert mij niet.
A
ja
B
nee
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Wat is er fout aan deze zin? De leerkracht dat afwezig is, heeft zwangerschapsverlof.
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Ik vind dat ze de kerncentrales moeten sluiten. Ze doen niets aan onze energiefactuur. Welk woord zorgt voor onduidelijkheid in deze zinnen?
Slide 18 - Carte mentale
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
'Dat zijn dingens die ik niet weet' is een foutloze zin.
ja
nee
Slide 21 - Sondage
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Welke fouten staan in deze zin: 'Ik vindt dat ook want ik ben franstalig.'
Slide 24 - Carte mentale
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
Slide 31 - Diapositive
"Hij is even oud als ik" is een correcte zin.
ja
nee
Slide 32 - Sondage
Slide 33 - Diapositive
Welke vorm gebruik je in deze zin: Ik kan me ...niet herinneren wat ik gisteren gedaan heb.
A
zelf
B
zelfs
Slide 34 - Quiz
Slide 35 - Diapositive
Welke vorm gebruik je in deze zin? Ik dat ...gelezen.
A
eens
B
is
Slide 36 - Quiz
Slide 37 - Diapositive
Welke vorm gebruik je in deze zin? ... zusje is lief.
A
Mijn
B
Men
Slide 38 - Quiz
Slide 39 - Diapositive
Welke vorm gebruik je in deze zin? Is dat ... boek?
A
u
B
uw
Slide 40 - Quiz
Slide 41 - Diapositive
Welke vorm gebruik je in deze zin? Mijn broer ... Tanguy.