Het onderwerp beschrijft in een paar woorden waar de hele tekst over gaat.
Kijk naar de titel, tussenkopjes en het slot hebt gelezen: waar gaat de hele tekst over? Dat is het onderwerp!
Slide 10 - Diapositive
Hoofgedachte
- Kortst mogelijke samenvatting van de tekst. - Geformuleerd in één zin of één zin met een bijzin. - De hoofgedachte staat bijna nooit letterlijk in de tekst.
Kijk naar de inleiding en het slot. De laatste vraag van het CE-examen gaat hier vaak over!
Slide 11 - Diapositive
1. Wat is het onderwerp?
2. Wat is de hoofgedachte?
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Een voorbeeld
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Vidéo
De hoofdgedachte is:
A
Amalia wordt 18 jaar en wordt koningin.
B
Amalia bezoekt regelmatig een psycholoog
C
Amalia gaat het anders doen dan haar vader.
D
Amalia vertelt over haar leven in een boek.
Slide 16 - Quiz
Tip 5 Sleutelwoorden
Sleutelwoorden zijn de belangrijkste woorden uit een zin of tekst. Ze hebben altijd te maken met het onderwerp van de tekst.
De belangrijkste woorden en vaak het antwoord op de vraag in het CE-examen. Onderstrepen!
Slide 17 - Diapositive
MBO niveau 3 - 2F
startmalmbergmbo.nl
Module Bouwstenen 2F
Hoofdstuk 2. Hebben? Onderwerp en hoofgedachte.
§ 2.1 t/m § 2.8
MBO niveau 4 - 3F
startmalmbergmbo.nl
Module Bouwstenen 3F
Hoofdstuk 2. Tech & Innovatie
Hoofgedachte en onderwerp
§ 2.1 t/m § 2.8
5. Aan de slag!
Slide 18 - Diapositive
Afsluiten:
Aan het einde van deze les:
- kun je één verschil benoemen tussen het onderwerp en de hoofgedachte. - kun je in één of twee zinnen uitleggen wat sleutelwoorden zijn. - heb je het CE-examen luisteren geoefend.
Slide 19 - Diapositive
Volgende week:
Woordtrainer en koptelefoon, airpods mee.
Tip: oefen het CE-examen via: https://mbo-oefenomgeving.facet.onl/facet-openbaar-portaal/welkom