Taalverandering

Welkom terug!
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 17 min

Éléments de cette leçon

Welkom terug!

Slide 1 - Diapositive

We zijn stil
En lezen 15 minuten
timer
15:00

Slide 2 - Diapositive

Vandaag:
- Taalverandering

Aan het einde van de les kun je vertellen hoe nieuwe woorden ontstaan en wat een 'leenwoord' is. 
- Uitleg (5 min.)
- Opdrachten in LessonUp
- Opdracht in groepjes 
- Afsluiten

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Op welke twee manieren ontstaan nieuwe woorden?

Slide 6 - Question ouverte

Uit welke taal leent het Nederlands de meeste woorden?
A
Duits
B
Engels
C
Frans
D
Spaans

Slide 7 - Quiz

Bedenk een leenwoord uit het Engels.

Slide 8 - Question ouverte

Bedenk een leenwoord uit het Frans.

Slide 9 - Question ouverte

Engelse leenwoorden blijven we op de Engelse manier schrijven.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Het Nederlands heeft alleen woorden uit het Engels geleend.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

Bedenk een leenwoord uit het Duits.

Slide 12 - Question ouverte

Talen lenen woorden van elkaar.
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Taal verandert steeds.
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz

Het woord 'barbecue' komt uit het:
A
Frans
B
Engels
C
Duits
D
andere taal

Slide 15 - Quiz

Het woord 'chocolade' komt uit het:
A
Frans
B
Engels
C
Duits
D
andere taal

Slide 16 - Quiz

Het woord 'pony' komt uit het:
A
Frans
B
Engels
C
Duits
D
andere taal

Slide 17 - Quiz

Het woord 'tank' komt uit het:
A
Frans
B
Engels
C
Duits
D
andere taal

Slide 18 - Quiz

Het woord 'sauna' komt uit het:
A
Frans
B
Engels
C
Duits
D
andere taal

Slide 19 - Quiz

Aan de slag!
Bedenk, met je buurman of buurvrouw, 5 andere leenwoorden die we in het Nederlands gebruiken. Je kunt je laptop gebruiken als je er niet uitkomt. 

Klaar? Bedenk hoe het woord zou heten als we het niet 'geleend' zouden hebben. Bijv.: Tank --> Dikke pantserwagen

Slide 20 - Diapositive

Wat hebben jullie bedacht? 

Slide 21 - Diapositive