3.2 De stad van de toekomst

3.2 De stad van de toekomst
Check huiswerkopdrachten

Uitleg paragraaf 3.2

Aan de slag met opdrachten
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

3.2 De stad van de toekomst
Check huiswerkopdrachten

Uitleg paragraaf 3.2

Aan de slag met opdrachten

Slide 1 - Diapositive

Huiswerk

Opdracht 3, 4 en 6 van paragraaf 3.1.

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen paragraaf 3.5 + 3.6
  1. Je kunt de vier woningkenmerken benoemen en beschrijven.
  2. Je kunt de vijf bewonerskenmerken benoemen en beschrijven.
  3. Je kunt de samenhang beschrijven tussen woningen, bewoners en omgeving.
  4. Je kunt maatregelen noemen waarmee het gemeentelijk bestuur de sociale cohesie in een wijk kan bevorderen.
  5. Je kunt de belangen van verschillende bevolkingsgroepen tegen elkaar afwegen.
  6. Je kunt uitleggen hoe bepaalde maatregelen positieve gevolgen hebben voor de leefbaarheid van een wijk.

Slide 3 - Diapositive

Objectieve veiligheid
Subjectieve veiligheid

Slide 4 - Diapositive

Sociale veiligheid in de openbare ruimte
Openbare ruimte kun je beoordelen op vier aspecten van sociale veiligheid, namelijk:
  • Toegankelijkheid
  • Onderhoud
  • Overzichtelijkheid
  • Toezicht

 

Slide 5 - Diapositive

Leerdoelen paragraaf 3.1
  1. Je weet dat creatieve beroepen in steden de motor zijn van de kenniseconomie.
  2. Je weet dat creatieve beroepen steeds belangrijker worden.
  3. Je kunt uitleggen op welke manier de creatieve sector steden economisch laat groeien.
  4. Je weet wat er met voorzieningen bedoeld wordt en kunt voorbeelden geven.
  5. Je kunt uitleggen wat met de begrippen verzorgingsgebied, verzorgingscentrum en verzorgingsniveau bedoeld wordt.
  6. Je kunt uitleggen wat met de begrippen reikwijdte, draagvlak en drempelwaarde bedoeld wordt.

Slide 6 - Diapositive

Begrippen, begrippen, begrippen
Verdeel de klas in drie groepen. Groepje 1 maakt flascards van paragraaf 3.1, groepje 2 van paragraaf 3.5 en groepje 3 van paragraaf 3.6. Als je eerder klaar bent, help je een andere groep.

Extra begrippen 3.1
  • Verzorgingsgebied: Het gebied rondom een stad waarbinnen mensen naar de stad moeten voor de stedelijke voorzieningen.
  • Verzorgingscentrum: Het stadscentrum.
  • Verzorgingsniveau: Het aantal en de specialisatie van de voorzieningen in een plaats. Steden hebben een verzorgingsniveau op een verschillende schaal.
  • Reikwijdte: De maximale afstand die mensen willen reizen om van een voorziening gebruik te maken.
  • Draagvlak: Het aantal mogelijke klanten dat binnen de reikwijdte van een voorziening.
  • Drempelwaarde: Het minimum aantal klanten dat nodig is voor een voorziening om te blijven bestaan. Bijvoorbeeld: Supermarkt: lage drempelwaarde. Bioscoop: hoge drempelwaarde.

Slide 7 - Diapositive

Leerdoelen paragraaf 3.2
  1. Je kunt uitleggen waarom steden in de toekomst duurzamer en slimmer worden.
  2. Je kunt manieren noemen waarop krimpende en groeiende steden in de toekomst duurzaam en smart zullen zijn.

Slide 8 - Diapositive

# Leerdoel: Je kunt uitleggen waarom steden in de toekomst duurzamer en slimmer worden.
Waarom zijn steden aantrekkelijk voor de meeste mensen en bedrijven?
  • Hoge bevolkingsdichtheid
  • Veel voorzieningen

Met welke uitdagingen op het gebied van duurzaamheid krijgen groeiende steden te maken?
  • Luchtvervuiling
  • Afvalstromen
  • CO2-uitstoot

Slide 9 - Diapositive

# Leerdoel: Je kunt manieren noemen waarop krimpende en groeiende steden in de toekomst duurzaam en smart zullen zijn.

Sommige steden krijgen te maken met bevolkingskrimp.
Steden aan de ‘randen’ van Nederland zoals Terneuzen, Doetinchem, Heerlen en Delfzijl.

Waarom moeten krimpende steden zich blijven ontwikkelen?
  • Vergrijzing, ontgroening
  • Leegstand
  • Dalende vraag naar voorzieningen

Slide 10 - Diapositive

# Leerdoel: Je kunt manieren noemen waarop krimpende en groeiende steden in de toekomst duurzaam en smart zullen zijn.
Duurzame steden zijn energieneutraal en recyclen het afval.
Welke aanpassingen kunnen steden doen om duurzame steden (sustainable cities) te worden?
  • Gebouwen isoleren
  • Gebruiken van duurzame energiebronnen
  • Flexibel in te richten gebouwen
  • Stadstuinen
  • Efficiënt en schoon vervoer
  • Het ‘Nieuwe Werken’

Slide 11 - Diapositive

# Leerdoel: Je kunt manieren noemen waarop krimpende en groeiende steden in de toekomst duurzaam en smart zullen zijn.
Een smart city maakt maximaal gebruik van digitale technologie, computers en het internet.

Statistieken en gemeentelijke financiën zijn openbaar: open data.
Door bijvoorbeeld airbnb wordt een stad aantrekkelijker voor bezoekers.
Wie hebben er nadeel van?
  • Hotels
  • Buren

Slide 12 - Diapositive

Aan de slag
Bedenk een ezelsbruggetje voor de lijstjes: woningkenmerken, bewonerskenmerken, openbare veiligheid.
Maak opdracht 2, 3 en 6 van paragraaf 3.2.

Niet af? Dan is dit huiswerk voor woensdag.

Slide 13 - Diapositive