Leesvaardigheid - signaalwoorden - havo 2016-I tekst 1

Comment lire un texte sans tout comprendre
Leesvaardigheid 
445 HV
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Comment lire un texte sans tout comprendre
Leesvaardigheid 
445 HV

Slide 1 - Diapositive

Doel:

Ik word mij bewust van de Franse signaalwoorden (connecteurs) die ik al ken en weet dat zij altijd een verband aangeven.

Slide 2 - Diapositive

Tips & tricks
Je hoeft niet alles te weten / te begrijpen
om de vraag juist te kunnen beantwoorden.

Slide 3 - Diapositive

Tips & tricks
Basis:
  • signaalwoorden herkennen & weten wat zij aangeven
  • in grote lijnen begrijpen waar de tekst over gaat
  • voorbeelden kunnen herkennen
  • meningen kunnen herkennen 

Slide 4 - Diapositive

Tips & tricks
Een stapje verder:
  • type vragen herkennen
  • foute antwoorden herkennen
  • een grote woordenschat
  • analytisch kunnen denken 

Slide 5 - Diapositive

Voeg Nederlandse signaalwoorden toe die je al kent.
Wat zijn signaalwoorden?

Slide 6 - Carte mentale

Voeg Franse signaalwoorden toe die je al kent.
Connecteurs

Slide 7 - Carte mentale

Welk signaalwoord past?
Je suis fatigué, ______ je dois travailler.
A
comme
B
donc
C
puis
D
mais

Slide 8 - Quiz

Tegenstellingen

maar - mais / or 
toch - pourtant
daarentegen - par contre
hoewel - bien que
in plaats van - au lieu de

Slide 9 - Diapositive

Welk signaalwoord is geen tegenstelling?
A
mais
B
pour
C
pourtant
D
par contre

Slide 10 - Quiz

Welk signaalwoord past?
J'aime l'école, ______ j'espère qu'elle ouvrira bientôt ses portes.
A
donc
B
mais
C
ensuite
D
par contre

Slide 11 - Quiz

Samenvatting / Conclusie 

kortom - bref
samenvattend - en résumé
dus - donc / ainsi 
tenslotte - enfin / finalement 

Slide 12 - Diapositive

Welk signaalwoord geeft geen conclusie aan?
A
bref
B
donc
C
pourtant
D
enfin

Slide 13 - Quiz

Welk signaalwoord past?
D'abord on a mangé, ______ on a fait du sport.
A
donc
B
par contre
C
puis
D
alors

Slide 14 - Quiz

Toevoeging / Aaneenschakeling / Opsomming

en - et
ook - aussi
bovendien - de plus / en plus 
ten eerste - d'abord
dan / vervolgens - puis / ensuite

Slide 15 - Diapositive

Welk signaalwoord laat niet zien dat je te maken hebt met een opsomming?
A
donc
B
et
C
de plus
D
ensuite

Slide 16 - Quiz

Sleep de signaalwoorden naar het verband dat zij aangeven. 
Opsomming
Reden
Tegenstelling
Conclusie
car
mais
par contre
donc
en plus
au contraire
comme
ensuite
alors
d'abord
puis
parce que
bref
cependant

Slide 17 - Question de remorquage

Slide 18 - Vidéo

Slide 19 - Lien

Zoek de signaalwoorden in tekst 1 en schrijf ze hieronder.

Slide 20 - Question ouverte

Heb je het doel van deze les (bewust worden van de Franse signaalwoorden en hun verbanden) behaald?
A
ja
B
een beetje
C
nee

Slide 21 - Quiz

Heb je nog vragen?

Slide 22 - Question ouverte