prefix, suffix en een beetje etymologie

pre- en suffix
voor- en achtervoegsels
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

pre- en suffix
voor- en achtervoegsels

Slide 1 - Diapositive

Wat is de hier de beste omschrijving van het prefix: auto-
autodidact, autonoom, autoseksueel
A
buiten
B
zichzelf
C
rijdend
D
in

Slide 2 - Quiz

Wat is de hier de beste omschrijving van het prefix: pre-
prenataal, prefix, prehistorisch
A
na
B
achter
C
in
D
voor

Slide 3 - Quiz

Wat is de hier de beste omschrijving van het prefix: neo-
neonazi, neofiel, neologisme
A
oud
B
nieuw
C
licht
D
donker

Slide 4 - Quiz

Wat is de hier de beste omschrijving van het suffix: -fiel
necrofiel, pedofiel, heterofiel
A
afkeer hebben van
B
voorkeur geven aan
C
bang zijn voor
D
houden van

Slide 5 - Quiz

etymologie
  1. etymo = stam, eigenlijke betekenis
  2. - logie = de leer van

Slide 6 - Diapositive

Met argusogen bekijken
A
iemand scheel aankijken
B
iemand wantrouwend bekijken
C
iemand niet uit kunnen staan
D
iemand blind vertrouwen

Slide 7 - Quiz

Deze uitdrukking gaat terug op de Griekse mythologie.
 Daarin komt een reus voor met honderd ogen over zijn hele lichaam. Zijn naam was Argus. In het Grieks: Argos Panoptes; panoptes betekent ‘die alles ziet’. Doordat hij overal ogen had, zag Argus inderdaad álles. Toch liep het niet goed met hem af: hij werd gedood door Hermes, de zoon van Zeus.

Slide 8 - Diapositive

praten als Brugman
A
Praten als een kip zonder kop
B
Praten als iemand die overal verstand van heeft
C
Veel en met overtuiging praten
D
Zo langzaam praten alsof je een brug ophaalt.

Slide 9 - Quiz

Deze zegswijze gaat terug op een historische figuur:
 pater Johannes Brugman (1400-1473). Hij was een minderbroeder (ook wel minrebroeder), oftewel een franciscaan. De franciscanen vormen een wereldwijde broederschap binnen de Rooms-Katholieke Kerk. De orde is gesticht door Franciscus van Assisi (1182-1226). Pater Brugman stond bekend om zijn vurige preken. Praten als Brugman is al sinds de zestiende eeuw een vaste zegswijze.

Slide 10 - Diapositive

op je qui-vive zijn
A
op je hoede zijn
B
leven als God in Frankrijk
C
op je achterste poten staan
D
ergens niet vies van zijn

Slide 11 - Quiz

Volgens het Etymologisch woordenboek (1997) is de uitdrukking afkomstig van Franse schildwachten, die tijdens hun wacht qui vive? (wie leeft, wie is daar?) riepen, wanneer iemand probeerde te passeren. Alert probeerde men zo snel duidelijk te krijgen of er gevaar dreigde of niet.

Slide 12 - Diapositive

spijkers op laag water zoeken
A
Zoeken naar goud en zilver
B
Achter de waarheid proberen te komen
C
Zeuren over kleinigheden die niet kloppen
D
Een heldere verklaring zien te achterhalen

Slide 13 - Quiz

Op laag water betekent hier oorspronkelijk ‘bij laag water’. Vroeger moest het personeel op de oude scheepstimmerwerven van hun bazen bij laag water op zoek gaan naar spijkers die tijdens het werk in het water waren gevallen. Spijkers waren destijds tamelijk waardevol. Het was dus zonde ze zomaar te laten liggen. Spijkers op laag water zoeken had aanvankelijk de neutrale betekenis ‘speuren naar spijkers’. Later ontstond de figuurlijke betekenis ‘naar kleinigheden zoeken die bijna niet te vinden zijn’. Daarvoor moest je wel een grote preciezeling zijn, een echte pietlut. Vanuit de gedachte aan pietluttigheid en de daaruit voortvloeiende neiging kritiek te hebben op allerlei kleinigheden ontstonden de huidige negatieve betekenissen van de uitdrukking.

Slide 14 - Diapositive

de kastanjes uit het vuur halen
A
voor iemand anders het gevaarlijke werk of een lastig klusje doen
B
de mond voorbij praten
C
iemand anders een poets bakken
D
gepofte kastanjes willen maken

Slide 15 - Quiz

De kastanjes uit het vuur halen
 Deze uitdrukking is ontleend aan de fabel waarin een aap  kastanjes uit het vuur wilde halen. Hij was bang zich te branden, en dus gebruikte hij daarvoor de poot van een hond. De hond lag zich, nietsvermoedend, bij het vuur te warmen.

Slide 16 - Diapositive

Wat betekent "Etymologie"
A
de leer van de herkomst van het woord
B
de leer van het volk
C
de leer van de geschiedenis van een volk
D
de leer van de wijsheid van de mens

Slide 17 - Quiz