Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Voegwoorden Duits
Konjunktionen??
1 / 17
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Cette leçon contient
17 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
20 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Konjunktionen??
Slide 1 - Diapositive
Konjunktionen zijn in het Nederlands voegwoorden.
Voegwoorden zijn woorden die zinnen 'aan elkaar voegen'.
Met voegwoorden wordt het verband tussen (de inhoud van de) zinnen en woorden duidelijk.
Denk aan: reden, oorzaak , gevolg, etc.
Slide 2 - Diapositive
Voegwoorden
:
denn aber oder und sondern deshalb trotzdem
want maar of en maar daarom toch/desondanks
Ich bin zu spät,
denn
ich
habe
den Bus verpasst.
Kommst du mit
oder
bleibst
du zu Hause?
De woordvolgorde in de zin is hetzelfde als in het NL bij deze voegwoorden.
We hebben te maken met een hoofdzin + hoofdzin.
Slide 3 - Diapositive
Voegwoorden: als wenn ob weil dass obwohl seit während
toen als
of omdat dat hoewel sinds terwijl
Deze voegwoorden verbinden hoofdzin en bijzin
Let op: heeft de bijzin meer dan 1 werkwoorden......
Ich weinte,
weil
er mich schlagen
hat.
Meine Mutter sagt,
dass
ich nach Hause kommen
soll.
Petra fragt Paul,
ob
er mitkommen
will.
dann is het persoonsvorm (vervoegde werkwoord)........
Op welke positie in de bijzin?
Slide 4 - Diapositive
Voegwoorden: als wenn ob weil dass obwohl seit während
toen als of omdat dat hoewel sinds terwijl
Deze voegwoorden verbinden hoofdzin en bijzin
Let op: heeft de bijzin meer dan 1 werkwoorden
dann is de persoonsvorm (vervoegde werkwoord)
op
de laatste positie
in de bijzin dus direct voor de punt of direct voor de komma.....
Ich weiß, dass du heute kommen
möchtest.
Weil er Zeit gehabt
hat,
ist er mit uns ins Kino gegangen.
Slide 5 - Diapositive
Gebruik van
aber
en
sondern
sondern: wordt bij tegenstellingen gebruikt.
Die Suppe ist nicht warm,
sondern
kalt.
Der Film ist nicht langweilig,
sondern
spannend.
In alle andere gevallen gebruik je
aber.
Slide 6 - Diapositive
Gebruik van
ob
en
oder
Oder
gebruik je bij een keuze.
Willst du Kaffee
oder
Tee?
Fährt Peter morgen nach Berlin
oder
nach Wien?
In alle andere gevallen gebruik je
ob.
ob
verbindt een......
Er fragt, ob ich kommen kann.
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Sind die nächsten Sätze richtig oder falsch geschrieben?
Slide 9 - Diapositive
Sie fährt nach Berlin, weil sie ihren Freund möchte besuchen.
A
goed
B
fout
Slide 10 - Quiz
Lilly will einkaufen, aber sie hat ihr Geld vergessen.
A
goed
B
fout
Slide 11 - Quiz
Er sagt, dass er Haus hat gemietet.
A
goed
B
fout
Slide 12 - Quiz
Door welk voegwoord kun je de volgende 2 zinnen samenvoegen?
Slide 13 - Diapositive
Patrick läuft zur Schule. Matthias nimmt das Auto.
A
aber
B
weil
Slide 14 - Quiz
Das Buch ist nicht toll. Es ist langweilig.
A
aber
B
sondern
Slide 15 - Quiz
Kannst du mir Brot mitbringen? Du bist im Supermarkt.
A
und
B
denn
C
weil
Slide 16 - Quiz
Aufgabe 2, 8, 9 Lektion 5
Slide 17 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Voegwoorden Duits
Mai 2024
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Voegwoorden Duits
Mai 2024
- Leçon avec
19 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Voegwoorden Duits
il y a 3 jours
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Voegwoorden Duits
Février 2025
- Leçon avec
17 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Donnerstag, den 10. Juni
Juin 2021
- Leçon avec
10 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
KHV2E - 12. Juni 2023
Juin 2023
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
wk14 6 apr - PE en volgorde woorden bijzin - voegwoorden
Avril 2024
- Leçon avec
17 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Goethe Konjunktionen
Novembre 2022
- Leçon avec
15 diapositives
a
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5