3 novembre 2022

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Planning et buts

Aan het eind van deze les.....

1. Kun je werkwoorden op -re, -ir en -er gebruiken

2. Kun je een tekst over e-sport begrijpen

3. Kun je de verleden tijd herkennen

Planning:

1. Faire l'interro présent + futur simple
   
2. Faire exercice 22 et  23 du chapitre 2 ensemble
3. Faire un exercice lire ensemble
   
4. Devoirs
   

Klassenregels

We werken rustig samen in de klas.

We respecteren elkaar. We lachen elkaar niet uit en respecteren elkaars mening en antwoorden.

Tijdens het maken van de opdrachten zijn we rustig bezig en gaan we niet kletsen met klasgenoten.

We doen actief mee met de les, we leggen de telefoons dan ook weg.

We overleggen zachtjes binnen de MC als we een vraag hebben.

We steken onze vinger op als we iets willen zeggen en/of vragen.

We geven het aan onze docente aan wanneer ons iets dwars zit.

We laten elkaar uitpraten.

We eten en drinken niet in het klaslokaal.

Au travail....

Ga naar ItsLearning voor het volgende:

Interro présent et futur simple (periode 1-les classes-3D)

Klaar?

Ga dan aan de slag met:

Apprendre/Leren:
-Le futur simple: les verbes er, ir, re, avoir, être, aller, faire

Doe dit in je boek op bladzijde 76 (opdracht 22)

Lees de tekst globaal en kies, er zijn meerdere antwoorden mogelijk

Les réponses

Exercice 23ab

Geef antwoord op deze vragen

Les réponses

Exercice 23cde

Geef antwoord op deze vragen

Les réponses

Wat is waar volgens het bericht?

1. De huwelijksreis van Jean en Valérie ging uiteindelijk niet door
2. Jean en Valérie hadden erg veel pech tijdens hun huwelijksreis
3. Jean heeft Valérie tijdens een afdeling ten huwelijk gevraagd
4. Tijdens hun huwelijksreis besloten Jean en Valérie te gaan scheiden

Au travail....

Ga nu ZELF ( zonder hulp, want die  heb je ook niet tijdens de toets zelf) aan de slag met de ''exercices lire'' deze vind je in de Itslearning planner.

Maak GEEN gebruik van hulpmiddelen

Ga naar klas 3D Quizlet

Log in en klik op toetreden tot klas. Nu kan je onbeperkt leren

Devoirs

Faire/Maken:
-Chapitre 2 B les exercices 9,10

-Chapitre 2 F les exercices 22,23

Woordenboek mee

Apprendre/Leren:
-Le futur simple: les verbes er, ir, re, avoir, être, aller, faire

-Vocabulaire l'épreuve lire période 2