spelling 3

Op tafel:
1 leesboek
2 pen
3 iPad

1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Op tafel:
1 leesboek
2 pen
3 iPad

Slide 1 - Diapositive

Programma:
  1. 10 min lezen
  2. terugkijken naar spelling 2
  3. aan het werk met spelling 3
Leerdoelen:
1 Je kunt de pv in de tt schrijven. 
2 Je kunt de pv in de vt schrijven.
3 Je kunt het vdw schrijven.
Huiswerk:
wo 17 mei: lessonup spelling 3
Volgende cijfer:
Spellingtoets

Slide 2 - Diapositive

lezen
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Bijvoeglijk naamwoord van voltooid deelwoord
Je kunt van een voltooid deelwoord een bijvoeglijk naamwoord maken. Dat schrijf je zo kort mogelijk.
VOORBEELD
voorbeeld
De brand is geblust. → de gebluste brand
De schuur is verbrand. → de verbrande schuur
De trein is verlaat. → de verlate trein

De taart is gebakken. → de gebakken taart





Slide 4 - Diapositive

Bij een korte klank schrijf je twee medeklinkers. Anders spreek je het woord verkeerd uit.
VOORBEELD
voorbeeld
De man is gered. → de geredde man
De plant is verpot. → de verpotte plant

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Lien

Opdracht 4
Noteer het bijvoeglijk naamwoord als voltooid deelwoord op de juiste manier.

Slide 7 - Diapositive

aanzetten - de .....wasmachine

Slide 8 - Question ouverte

wassen - de ... kat

Slide 9 - Question ouverte

stoppen - het ....wasprogramma

Slide 10 - Question ouverte

openen - de ...deur

Slide 11 - Question ouverte

verbazen - het ....baasje

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

Opdracht 5
Maak de oefening via de link.

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Lien

Slide 17 - Diapositive

De meeste/meesten honden zijn netjes opgevoed.

Slide 18 - Question ouverte

Maar enkele/enkelen keffertjes gedragen zich niet zo best.

Slide 19 - Question ouverte

Ook sommige/sommigen mensen kunnen zich slecht gedragen.

Slide 20 - Question ouverte

De meeste/meesten gasten genieten in een restaurant.

Slide 21 - Question ouverte

Slide 22 - Diapositive

Voor sommige/sommigen scholieren duurt een schooldag te lang.

Slide 23 - Question ouverte

Enkele/enkelen pennen moeten vervangen worden.

Slide 24 - Question ouverte

We waren de laatste/laatsten die het klaslokaal verlieten.

Slide 25 - Question ouverte

Ik vind van planten leuk dat sommige/sommigen met de zon meedraaien.

Slide 26 - Question ouverte

Alle leerlingen kregen een uitnodiging voor het schoolfeest. De meeste/meesten gingen.

Slide 27 - Question ouverte

Ruud had op Koningsdag twintig blikjes te koop. Na een uur had hij ze alle/allen verkocht.

Slide 28 - Question ouverte

Mijn twee opa's komen beide/beiden trouw op mijn verjaardag.

Slide 29 - Question ouverte

Gorilla's worden bedreigd met uitsterven, maar de meeste/meesten worden nu goed beschermd.

Slide 30 - Question ouverte