H2/V2 : Kap 2 de werkwoorden haben en sein ,dagen van de week

• Duits
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Heute ist Freitag, der 13. November

Toets Kapitel 1: 27 november a.s.

Kapitel 1

Voor de toets moet je leren: blz. 35: Grammatik, Fragewörter en Wörterliste + Plauderecke A op blz. 17 en Plauderecke B op blz. 21 + Opdracht 49 en je moet weten wat het symbool van Berlijn is.

Het werkwoord "haben"

• In het Nederlands "hebben"
  
• "hebben" vervoegen

haben = hebben

ich habe

du hast

er/sie/es hat 

wir haben 

ihr habt 

sie/Sie haben 

Duits regelmatige werkwoorden vervoegen feESTTENTEN

ik heb = ich habe

jij hebt = du hast 

hij/zij/het heeft = er/sie/es hat 

wij hebben = wir haben 

jullie hebben = ihr habt 

zij hebben (mv) = sie haben 

u heeft = Sie haben                                                      voltooid deelwoord: gehabt

Das Verb haben

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

habe

hast

hat

haben

habt

haben

Die Tage der Woche...

Montag

Dienstag

Mittwoch                            die Woche

Donnerstag

Freitag

Samstag                                                                   das Wochenende

Sonntag                                                                    das Wochenende

Tage der Woche

Schrijf op:

-dinsdag

-woensdag

-zaterdag

woensdag

1. Wittmoch
2. Woenstag
3. Mittwoch
4. Wunschtag

dinsdag

1. Dienstag
2. dienstag
3. dinstag
4. Dinstag

Freitag

1. der
2. die
3. das
4. die (mv)

Maandag

Dinsdag

Woensdag

Donderdag

Vrijdag

Zaterdag

Zondag

Montag

Dienstag

Mittwoch

Donnerstag

Freitag

Samstag

Sonntag

Schönes Wochenende!

1. tot ziens
2. Fijn weekend