examentraining lezen 2F

Lees de volgende tekst
Gezond met Yoga
timer
10:00
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Lees de volgende tekst
Gezond met Yoga
timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

In alinea 1 wil de schrijver aantonen
dat yoga gezond is.
Wat is voor de schrijver het bewijs dat yoga gezond is?

A
Hij doet zelf aan yoga.
B
Hij heeft veel over yoga gelezen.
C
Hij heeft onderzoek gedaan naar yoga.
D
Yoga bestaat al heel lang.

Slide 2 - Quiz

Bepaalde hormonen in je lijf beïnvloeden de stofwisseling.
Door wat voor soort oefeningen worden deze hormonen aangemaakt?

A
oefeningen die de interne organen stimuleren
B
oefeningen die de schildklier stimuleren
C
oefeningen waarbij het lichaam achteroverbuigt

Slide 3 - Quiz

Welk kopje past het best boven alinea 4?
A
Sterker en gezonder
B
Beter gevoel door gezond eten
C
Het versterken van je spieren

Slide 4 - Quiz

Volgens de tekst word je door het beoefenen van yoga beter in andere sporten.
Hoe komt dat?

A
Door yoga wordt je concentratie beter.
B
Door yoga wordt je lichaam leniger
C
Door yoga wordt je lichaam sterker.

Slide 5 - Quiz

Welk misverstand bestaat er volgens de tekst over yoga?
A
Yoga is geen sport.
B
Yoga is goed voor je ademhaling.
C
Yoga ontwikkelt je spieren.

Slide 6 - Quiz

Hoe wil de schrijver duidelijk maken dat yoga gezond is?
A
door het geven van diverse voorbeelden
B
door het noemen van de positieve effecten
C
door het schrijven over behaalde resultaten

Slide 7 - Quiz

Je moet een samenvatting maken van de tekst.
Welke zinnen moeten in de samenvatting komen?

A
Yoga bevordert de stofwisseling en is daarom een goede methode om af te vallen.
B
Iedereen kan aan yoga doen, omdat er een opbouw zit in de oefeningen.
C
Als je bij yoga achteroverbuigt, worden je hormonen actiever.
D
Zorg dat je niet teveel ongezonde voedingsmiddelen binnenkrijgt, als je aan yoga doet.

Slide 8 - Quiz

Lees de volgende tekst
Over de balansdag
timer
8:00

Slide 9 - Diapositive

Wat is het voornaamste doel van de schrijver?
A
Hij wil de lezer overhalen om vaker een balansdag te nemen.
B
Hij wil de lezer uitleggen hoe een goede balansdag eruitziet.
C
Hij wil de lezer vermaken met informatie over de balansdag.

Slide 10 - Quiz

In welke alinea wordt uitgelegd wat een balansdag is?
A
in alinea 1
B
in alinea 2
C
in alinea 3
D
in alinea 4

Slide 11 - Quiz

Welke acties passen volgens de tekst bij een balansdag?
A
de trap nemen in plaats van de lift
B
drie keer per dag eten
C
veel water drinken
D
iets minder eten dan de vorige dag

Slide 12 - Quiz

Samir heeft vandaag een balansdag.
Wat kan Samir het best doen als hij tussen de maaltijden door trek krijgt?

A
een deel van zijn drie maaltijden als tussendoortje nemen
B
fruit of een boterham tussen de maaltijden door nemen
C
zijn volgende maaltijd aanvullen met rauwkost of fruit

Slide 13 - Quiz

Wat is volgens de tekst een gevolg van het overslaan van het ontbijt?
A
Het is dan lastiger je aan de balansdag te houden.
B
Je krijgt dan minder calorieën binnen.
C
Je voeding is dan niet gevarieerd genoeg.

Slide 14 - Quiz

Welk tussenkopje past het best boven alinea 7?
A
Let op met drank
B
Slimme tussendoortjes
C
Snoep gezond

Slide 15 - Quiz