Signaalwoorden + tips hoe je deze kunt gebruiken bij leesvaardigheid
Signaalwoorden
En hoe je deze kunt gebruiken bij leesvaardigheid
Mavo 3
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3
Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Signaalwoorden
En hoe je deze kunt gebruiken bij leesvaardigheid
Mavo 3
Slide 1 - Diapositive
Signaalwoorden
Signaalwoorden geven verbanden aan tussen zinnen en tekstdelen. Signaalwoorden helpen je de tekst beter te begrijpen. Wanneer je teksten Engels leest, kijk dan of je signaalwoorden kunt vinden.
- opsomming - tegenstelling - voorbeeld - oorzaak en gevolg
- vergelijking
- voorwaarde
- conclusie
Slide 3 - Diapositive
Wat geeft het woord 'as well' aan? I play soccer, but I play volleyball as well.
A
opsomming
B
tegenstelling
C
voorbeeld
D
oorzaak en gevolg
Slide 4 - Quiz
Wat geeft 'therefore' aan? The teacher was ill. Therefore I went home.
A
tegestelling
B
oorzaak en gevolg
C
voorwaarde
D
conclusie
Slide 5 - Quiz
Wat geeft 'instead' aan? She chose blue instead of the popular color red.
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
voorwaarde
D
opsomming
Slide 6 - Quiz
Engelse signaalwoorden
Signaalwoorden geven de verbanden van zinnen of alinea’s in een tekst weer en zorgen ervoor dat de tekst een samenhangend geheel is.
Kortom, signaalwoorden brengen structuur aan in een tekst. Het is belangrijk dat je signaalwoorden kunt herkennen, en dat geldt ook voor Engelse signaalwoorden. Maar welke signaalwoorden zijn er allemaal in het Engels?
Slide 7 - Diapositive
Opsomming
and = en also = ook besides = bovendien first of all, second, third = ten eerste, tweede, derde furthermore = verder too = ook as well = ook
Slide 8 - Diapositive
Tegenstelling
but = maar although = echter however = maar, echter instead (of) = in plaats daarvan still = toch
She chose blue instead of the popular color red.
Slide 9 - Diapositive
Voorbeeld
even = zelfs for example = bijvoorbeeld such as = zoals
She prefers playing sports, such as volleyball.
Slide 10 - Diapositive
Oorzaak en gevolg
as a result of = als gevolg van because - omdat due to = doordat therefore = daarom, dus so = dus
The road was closed due to construction.
Slide 11 - Diapositive
Vergelijking
compared to/with = vergeleken met just like/as = net als similarly = op dezelfde manier
I do like action movies, just like my brother.
Slide 12 - Diapositive
Voorwaarde
except = behalve if = als, nadien unless = tenzij
If I win the lottery, I will buy a sportscar.
Slide 13 - Diapositive
Conclusie
consequently = dus in conclusion = concluderend in short = kortom
Slide 14 - Diapositive
But there's a lot more!
Dit zijn een aantal voorbeelden van signaalwoorden, maar er zijn er nog veel meer.
Deze kun je ook achterin je tekst/werkboek B vinden op blz 158
Slide 15 - Diapositive
Exercise
Maak nu opdracht 3 en 4 van exam preparation B - A reading.
Ga naar magister > leermiddelen > stepping stones. > selecteer in je online boek Exam Preparation B. > selecteer A reading en klik door naar opdracht 3 en 4.