V2 - K7: Paragraf E: Sprechen

V2 - Woche 13 - Stunde 1
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

V2 - Woche 13 - Stunde 1

Slide 1 - Diapositive

Aan het begin van de les
1. Zoek (rustig) je plekje op. 

2.Leg op de hoek van je tafel: 
  • Duits boek, (Neue Kontakte vwo 1-2 B)
  • Duits schrift, 
  • pen




3. Absentie controle

Slide 2 - Diapositive

Planung

Wochenaufgaben besprechen
  • Grammatik: Aufgabe 24 - 29

Sprechen über wohnen
  • Aussprache g & l + Aufgabe 31, 32
  • Sprachmittel wohnen + sprechen üben 35, 36, 38, 39

Toets Vokabeln K6 + K7 volgende les V2duH4
Ziele

Leerdoel checken: 
  • Je kent de persoonlijk voornaamwoorden en de voorzetsels met de 4e naamval
Nieuw leerdoel:
  • Je kunt de g & l goed uitspreken.
  • Je kunt vragen stellen en antwoord geven over het thema wohnen. 


Slide 3 - Diapositive

Wochenaufgaben - kennen
Doel: Je kent de persoonlijk voornaamwoorden en de voorzetsels met de 4e naamval.


    1. übersetze die Präpositionen und ergänze die Pers. Pronomen im 4. Fall
      1. (Voor wie) _____________ ist das Geschenk?
      2. Der unfall ist (door hem) ____________ passiert.
      3. (Zonder jou) _____________ ist die Party langweilig.
      4. Er hat (tegen mij) ______________ nicht gesagt. 
      5. Ich werde mich (om jullie) ______________ kümmern. 
      timer
      3:00

      Slide 4 - Diapositive

      Wochenaufgaben - fertig
      Doel: Je kent de persoonlijk voornaamwoorden en de voorzetsels met de 4e naamval.


        Was: Nakijken antwoorden E Grammatik Aufgabe 24 - 29
        Wie: Kijk je antwoorden na en verbeter wanneer je antwoord niet klopt.

        Slide 5 - Diapositive

        Gibt es noch Fragen?

        Slide 6 - Diapositive

        Slide 7 - Diapositive

        Sprachmittel: Mein Haus
        Gemeinsam: Sprachmittel besprechen (S.50)
        Zu Zweit: Aufgabe 36, 38
        Hilfsmittel: Sprachmittel 'Mein Haus' und Lernliste B
        Zeit: 10 Minuten, danach besprechen
        Fertig = lernen Toets Vokabeln K6 + K7 (study Go/ Buch)

          timer
          5:00

          Slide 8 - Diapositive

          Sprachmittel: Mein Haus
          In der Klasse: Aufgabe 39 (3 verschiedene Mitschüler)
          Hilfsmittel: Sprachmittel 'Mein Haus' und Lernliste B
          Zeit: 5 Minuten, danach besprechen
          Fertig = lernen Toets Vokabeln K6 + K7

            timer
            5:00

            Slide 9 - Diapositive

            nächste Stunde

                Toets K6 & K7


                  Sprechen: dein Zimmer beschreiben + zeichnen


                  Blijf op je plek tot de docent aangeeft dat het lesuur voorbij is. 
                  Schuif je stoel aan en laat het lokaal netjes achter. Danke! 

                  Slide 10 - Diapositive

                  Option 1 - Mein eigenes Haus

                  Wat: Je maakt een Prospekt (brochure) over je eigen huis en kamer. Gebruik in de brochure plaatjes en steekwoorden. 
                  Hulpmiddel: Sprachmittel & Lernliste
                  Hoe: Maak een aantrekkelijke brochure in het Duits met veel plaatjes en steekwoorden. Vertel in de brochure:
                  • wat voor soort huis het is
                  • hoeveel mensen in het huis wonen
                  • welke 'kamers'' het huis beneden en boven heeft
                  • hoe de kamers eruit zien (meubels, 
                       kleuren, ramen, groot/klein etc.) 
                  • of er een tuin is
                  • wat het huis aantrekkelijk maakt. 
                  Option 2 - Mein Traumhaus

                  Wat: Je maakt een Prospekt (brochure) over je droomhuis. Gebruik in de brochure plaatjes en steekwoorden. 
                  Hulpmiddel: Sprachmittel & Lernliste
                  Hoe: Maak een aantrekkelijke brochure in het Duits met veel plaatjes en steekwoorden. Vertel in de brochure:
                  • wat voor soort huis het is
                  • hoeveel mensen in het huis wonen
                  • welke 'kamers'' het huis beneden en boven heeft
                  • hoe de kamers eruit zien (meubels, 
                       kleuren, ramen, groot/klein etc.) 
                  • of er een tuin is
                  • wat het huis aantrekkelijk maakt. 

                  Slide 11 - Diapositive

                  Nächste Stunde
                  Prospekt in Gruppen präsentieren

                  Slide 12 - Diapositive

                  Slide 13 - Diapositive

                  Weißt du es noch? Verben und Vokabeln
                  Ergänze die Wörter zwischen Klammern ins Deutsche. Notiere sie ins Heft. 
                  (3 Min.) 

                  1. (Hoe groot is jouw kamer?)   _______________________________________________________?
                  2. (Ik woon) _________________ mit meinen Eltern in einem (eengezinswoning) 
                       __________________________________. 
                  3. In der (keuken) _____________________ (staan) ____________________ vier  (stoelen) und
                      einen großen ______________________ (tafel).
                  4. (De tv is) _______________________________ in dem (woonkamer) ______________________.

                  Slide 14 - Diapositive