een keuze maken

• Zorg en Welzijn
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

een keuze maken

vorige les??

wat hebben we de vorige les gedaan?

deze week

doel:

• je kent de voor- en nadelen van een keuze maken
• je denk na over de gevolgen van bepaalde keuzes
• je weet wat jij belangrijk vindt in het maken van keuzes

keuzes maken

In je leven maak je veel keuzes. Soms zijn ze makkelijk, maar ook moeilijk.

Als je een keuze maakt dan bedenk je:

• wat is goed en wat niet
• kost het geld of niet
• vind ik het leuk of niet leuk

je gaat een nieuwe telefoon kopen

1. je gaat 20 mobieltjes bekijken voor je een keuze maakt
2. ja gaat naar de winkel en koopt er een.
3. je gaat nadenken over voor- en nadelen voor je een telefoon koop.

je moet koken voor vrienden

1. je weet niet wat je moet koken, twijfelt en gaat friet halen.
2. je probeert eens wat nieuws.
3. je bedenkt iets en checkt je vrienden voordat je begint.

je moet een werkstuk maken voor techniek

1. je leest eerst de opdracht 4 keer door en checkt bij een klasgenoot wat hij doet.
2. je gaat direct aan de slag
3. je leest de opdracht en denkt eerst goed na wat je gaat doen.

je moet je 's ochtends aankleden

1. je staat een half uur voor de kast te twijfelen wat je aan doet.
2. je pakt het eerste wat je ziet liggen.
3. je past je kleding aan in wat je gaat doen deze dag.

score

vooral A: je vindt het lastig om te kiezen

vooral B: je maakt snel keuzes. Te snel?

vooral C: je denkt goed na voordat je een keuze maakt

lastige keuzes

makkelijke keuzes

opdracht maken

opdracht 2, 3 en 5

Hoe ging het vandaag?

Wat neem je mee naar morgen?