unit 4 les 7 present simple vs present continuous 1

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Today:
uitleg: Grammar present simple VS present continuous
online oefeningen maken.

Goal:
Je weet wat het verschil is tussen present simple en present continuous.

Slide 2 - Diapositive

Present simple: (tegenwoordige tijd)
Weet je nog?
present simple gebeurt: vaak, altijd, soms, nooit, feiten

In de tegenwoordige tijd zet je een -s achter het werkwoord als er he, she, it in de zin staat.
Dus: he, she it in de zin? Dan werkwoord + s

I walk to school.
She walks to school./ She doesn't walk to school.

Slide 3 - Diapositive

uitzonderingen:
Medeklinker +Y: Try --> tries   Party--> parties.
woord met sis klank: watch --> watches

Slide 4 - Diapositive

Vragen maken?? 
Vragen: Je zet do/does voor de zin.
LET OP!! Bij does haal je de -s achter het WW weg.

You like flowers. --> Do you like flowers?

She likes flowers. --> Does she like flowers?

Slide 5 - Diapositive

Ontkenningen maken X
Je zet don't/doesn't in de zin. 
Let op!! Bij doesn't haal je de -s achter het WW weg.

I like flowers. --> I don't like flowers.

He likes flowers. --> He doesn't like flowers.

Slide 6 - Diapositive

Examples: (voorbeelden)
I have brown hair. --> He has brown hair.
You don't walk to school. --> She doesn't walk to school.
We try to read. --> Peter tries to read.
Mary and Joe watch TV. --> Do Mary and Joe watch TV?

Slide 7 - Diapositive

(to walk) present simple
He ....... in the park.

Slide 8 - Question ouverte

Maak een vraagzin:
He walks in the park.

Slide 9 - Question ouverte

(to teach) present simple
She ..... English.

Slide 10 - Question ouverte

Maak een ontkenning:
She teaches English.

Slide 11 - Question ouverte

(to cry) present simple
The baby ..... .

Slide 12 - Question ouverte

Maak een vraag:
The baby cries.

Slide 13 - Question ouverte

(to watch) present simple
We ..... a nice film.

Slide 14 - Question ouverte

Maak een ontkenning:
We watch a nice film.

Slide 15 - Question ouverte

Present continuous
Dit is een actie die nu bezig is. Op dit moment.

Je vult in: am, are, is + werkwoord + ing.
I am teaching right now.
You are listening at the moment.

Je moet dus goed weten wanneer je am/are/is gebruikt.

Slide 16 - Diapositive

Vragen maken
Je zet am/are/is vooraan. 
We are writing now. --> Are we writing now?

Slide 17 - Diapositive

ontkenning maken
Je zet not/n't achter am/are/is.
I am watchging tv. --> I am not watching tv.

Slide 18 - Diapositive

Gebruik de present continuous :
(call) She __________ .

Slide 19 - Question ouverte

Gebruik de present continuous:
They _____ (to talk) now.

Slide 20 - Question ouverte

Gebruik de present continuous:
Lara _____ (study)

Slide 21 - Question ouverte

Gebruik de present continuous:
Jacob ______ (ride) a bike.

Slide 22 - Question ouverte

Maak een ontkenning:
She is calling.

Slide 23 - Question ouverte

Maak een vraagzin:
They are talking now.

Slide 24 - Question ouverte

Maak een ontkenning:
Lara is studying.

Slide 25 - Question ouverte

Maak een ontkenning
Jacob is riding a bike.

Slide 26 - Question ouverte

Present Simple or Continuous?
Look! He ___ (leave) the house right now.

Slide 27 - Question ouverte

leswerk:

§4.4 online:
Opdracht 5+6

Klaar?
Maak leesteksten op readtheory.org

huiswerk:

§4.4 online:
opdr. 7
Leerwerk (zie som)

Slide 28 - Diapositive