H10 Oefening


  • Herhaling van H10 
  • Hoe? Oefenvragen!
Wat gaan we doen vandaag?
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon


  • Herhaling van H10 
  • Hoe? Oefenvragen!
Wat gaan we doen vandaag?

Slide 1 - Diapositive


Hiernaast is afgebeeld...
A
rode koolsap
B
blauw lakmoespapier
C
rood lakmoespapier
D
universeel indicatorpapier

Slide 2 - Quiz


Wat is de betekenis van het gevarenpictogram dat hiernaast 
staat afgebeeld?
A
licht ontvlambaar
B
oxiderend
C
corrosief
D
giftig

Slide 3 - Quiz

Welke kleur wordt rodekoolsap wanneer je er een zuur aan toevoegt?
A
rood
B
paars
C
geel/groen

Slide 4 - Quiz

Welke kleur word lakmoes wanneer je er een zuur aan toevoegt?
A
rood
B
verkleurt niet
C
blauw

Slide 5 - Quiz

Welke kleur wordt fenolftaleïne wanneer je er een zuur aan toevoegt?
A
kleurloos
B
verkleurt niet/kleurloos
C
paarsrood

Slide 6 - Quiz

Geef de formule van salpeterzuur en geef aan waar het in voorkomt.

Slide 7 - Question ouverte

Geef de formule van fosforzuur en geef aan waar het in voorkomt.

Slide 8 - Question ouverte

Geef de formule van azijnzuur en geef aan waar het in voorkomt.

Slide 9 - Question ouverte

Geef de notatie van de zure oplossing
salperzuuroplossing

Slide 10 - Question ouverte

Geef de notatie van de zure oplossing
koolzuurhoudend water

Slide 11 - Question ouverte

Hoe noem je een deeltje dat H+ bindt?

Slide 12 - Question ouverte

Hoe noem je een stof die een H+ afstaat?

Slide 13 - Question ouverte

Welke vier basen moet je kennen en wat is daar de formule van?

Slide 14 - Question ouverte

kalk is calciumcarbonaat. Je kunt kalk weghalen met schoonmaakazijn. Is dat dan een neutralisatie reactie?

Slide 15 - Question ouverte

Wat is de kloppende reactievergelijking die hoort bij het ontstaan van zwavelzuur?
Hint: onder invloed van zuurstof ontstaat er eerst...
A
SO2 + H2O -> H2SO2
B
SO3 + H2O -> H2SO4
C
SO2 + H2O -> H2SO4
D
2 SO3 + 2 H2O -> 2 H2SO4

Slide 16 - Quiz

Wat is de kloppende reactievergelijking die hoort bij het ontstaan van salpeterzuur?

Slide 17 - Question ouverte

1,0 ml natronloog komt overeen met 63 mg zuur.
je hebt 15,4 ml natronloog getitreerd in 20 ml zuur toen de kleur omsloeg van de indicator.
hoeveel mg zuur zit in de 20 ml zuur?

Slide 18 - Question ouverte

1,0 ml natronloog komt overeen met 63 mg zuur.
je hebt 15,4 ml natronloog getitreerd in 20 ml zuur toen de kleur omsloeg van de indicator. Hoeveel mg zuur zit in de 20 ml zuur? 






(15,4 ml x 63):1,0 = 970,2 mg zuur
Titratievraag 1
zuur
base
gegeven
63 mg
1,0 ml
gevraagd
?
15,4

Slide 19 - Diapositive

Ik heb een bekende zuuroplossing van 25 ml met daarin 53 mg zoutzuur. met FFT krijg ik een kleuromslag met 18,2 ml natronloog.
Bij mijn onbekende zuuroplossing van 25 ml gebeurd dat bij 19,3 ml. Hoeveel mg zoutzuur zit er in deze onbekende zuuroplossing?

Slide 20 - Question ouverte

Ik heb een bekende zuuroplossing van 25 ml met daarin 53 mg zoutzuur. met FFT krijg ik een kleuromslag met 18,2 ml natronloog.
Bij mijn onbekende zuuroplossing van 25 ml gebeurd dat bij 19,3 ml. Hoeveel mg zoutzuur zit er in deze onbekende zuuroplossing?





(19,3 ml x 53):18,2 = 56,2 mg zoutzuur
Titratievraag 2
zuur
base
gegeven
53
18,2 ml
gevraagd
?
19,3 ml

Slide 21 - Diapositive

4.4 Rekenen aan reacties - basis
Bestuderen en samenvatten voor jezelf

§ 7.1 en 7.2

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive