Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Thema 3, week 1 Les 4 sterke en zwakke werkwoorden
Wat weet jij over sterke werkwoorden?
1 / 27
suivant
Slide 1:
Question ouverte
Taal
Basisschool
Groep 6
Cette leçon contient
27 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
20 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Wat weet jij over sterke werkwoorden?
Slide 1 - Question ouverte
Welk sterk werkwoord ken jij?
Slide 2 - Question ouverte
voorbeelden sterke werkwoorden:
lopen - liepen -
gelopen
kopen - kochten -
gekocht
.
vragen - vroegen -
gevraagd
.
worden - werden -
geworden.
Slide 3 - Diapositive
Hoe weet jij of je een zwak werkwoord met -de(n) of te(n) schrijft?
Slide 4 - Question ouverte
Zwakke werkwoorden
Slide 5 - Diapositive
Voorbeelden zwakke werkwoorden
fiet
s
en - fietsten -
gefietst
verhui
z
en - verhuisden -
verhuisd
bel
l
en - belden -
gebeld
verpak
k
en - verpakten -
verpakt
Slide 6 - Diapositive
Sterke en zwakke werkwoorden
Een zwak werkwoord is te zwak om van klank te veranderen.
Een sterk werkwoord is sterk genoeg om van klank te veranderen.
Slide 7 - Diapositive
lesdoel
Ik weet wat sterke en zwakke werkwoorden zijn.
Slide 8 - Diapositive
Welke werkwoorden veranderen van klank?
A
rode werkwoorden
B
zwakke werkwoorden
C
sterke werkwoorden
D
alle werkwoorden
Slide 9 - Quiz
4. Sterk of zwak?
DENKEN
A
sterk werkwoord
B
zwak werkwoord
Slide 10 - Quiz
5. Sterk of zwak?
WENSEN
A
sterk werkwoord
B
zwak werkwoord
Slide 11 - Quiz
Sterk werkwoord of zwak werkwoord?
ZOEKEN
A
sterk
B
zwak
Slide 12 - Quiz
Sterk werkwoord of zwak werkwoord?
LOPEN
A
sterk
B
zwak
Slide 13 - Quiz
Plagen
A
sterk werkwoord
B
zwak werkwoord
Slide 14 - Quiz
Leggen
A
Zwak werkwoord
B
Sterk werkwoord
Slide 15 - Quiz
schenken
A
sterk werkwoord
B
zwak werkwoord
Slide 16 - Quiz
schrijven
A
Sterk werkwoord
B
Zwak werkwoord
Slide 17 - Quiz
Kijken
A
Zwak werkwoord
B
Sterk werkwoord
Slide 18 - Quiz
vertellen
A
Sterk werkwoord
B
Zwak werkwoord
Slide 19 - Quiz
Ik ren
A
Sterk werkwoord
B
Zwak werkwoord
Slide 20 - Quiz
Sterk werkwoord of zwak werkwoord?
WORDEN
A
Zwak werkwoord
B
Sterk werkwoord
Slide 21 - Quiz
Sterk werkwoord of zwak werkwoord?
LEREN
A
sterk werkwoord
B
zwak werkwoord
Slide 22 - Quiz
Sterk werkwoord
Zwak werkwoord
Zingen
Klappen
Lopen
Reizen
Fietsen
Kijken
Lezen
Spelen
Slide 23 - Question de remorquage
In welke zin staat een sterk werkwoord?
A
Wij maken een moeilijke puzzel.
B
Wij winnen de wedstrijd.
C
Wij bouwen een huis
Slide 24 - Quiz
In welke zin staat een sterk werkwoord?
A
Wij zoeken een schat.
B
Wij tekenen een boom.
C
Wij spelen buiten.
Slide 25 - Quiz
In welke zin staat een zwak werkwoord?
A
Wij komen eraan.
B
Wij helpen de oude vrouw.
C
Wij landen op Schiphol.
Slide 26 - Quiz
aan het werk
Thema 3, week 1, Les 4
Opgave 2 en 3
Klaar: plussen
Slide 27 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
pvvt 2
Septembre 2022
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
pv vt
Septembre 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Sterke en zwakke werkwoorden V1a 19-10-22
Octobre 2022
- Leçon avec
21 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 7
Persoonsvorm spellen
Septembre 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Voltooid deelwoord
Mars 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 8
PV TT- zwakke en sterke werkwoorden
Octobre 2023
- Leçon avec
34 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Werkwoorden Herhaling
Mai 2023
- Leçon avec
42 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Extra lessen: Voltooid deelwoord
Février 2022
- Leçon avec
28 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 7,8