1hv /vwo - de ontkenning

La négation (het ontkenning)
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

La négation (het ontkenning)

Slide 1 - Diapositive

Planning du jour 
Objectifs
- Ik kan een Franse zin ontkennend maken met behulp van een stappenplan.
- Ik kan korte Franse zinnen zelfstandig ontkennend maken.


Slide 2 - Diapositive

de ontkenning, wat is dat in het Nederlands

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Vidéo

La négation - De ontkenning
Hoe maak ik een Franse zin ontkennend?​

De ontkenning in het Frans, niet zoals in het Nederlands,  bestaat uit twee delen: ne + pas. 

Om zinnen ontkennend te maken, zet je het eerste deel 
van de ontkenning (ne) vóór de persoonsvorm en het 
tweede deel (pas) direct achter de persoonsvorm.

Ik ga niet naar huis. – Je ne vais pas à la maison.

Slide 5 - Diapositive

La négation - De ontkenning
Attention!
Als de persoonsvorm begint met een klinker of een stomme h dan verandert ne in n’.​

Zij houdt niet van friet – Elle n’aime pas les frites. 


Slide 6 - Diapositive

Le hamburger 

Slide 7 - Diapositive

Les lunettes

Slide 8 - Diapositive

Stappenplan
1: Bepaal wat de persoonsvorm in de zin is.

2: Plaats ne of n' voor de persoonsvorm.

3: Plaats pas achter de persoonsvorm.

Slide 9 - Diapositive


Maak de zin ontkennend:
Nous parlons français.

Slide 10 - Question ouverte


Maak de zin ontkennend:
Elle danse toute seule.

Slide 11 - Question ouverte


Maak de zin ontkennend:
Charlotte travaille au restaurant. 

Slide 12 - Question ouverte


Maak de zin ontkennend:
Il a 13 ans.

Slide 13 - Question ouverte

Geeft een ontkennend antwoord:
il aime la pizza
Non,......................................

Slide 14 - Question ouverte

Geeft een ontkennend antwoord:
c'est son père
Non,......................................

Slide 15 - Question ouverte

Geeft een ontkennend antwoord:
il habite à Amsterdam
Non,......................................

Slide 16 - Question ouverte

Maakwerk
Online versie van jouw boek:
Opdrachten 31 t/m 33

Slide 17 - Diapositive

Afsluiting


Klik op de link hier onder en geef antwoord op de vragen over de les.
Merci!

Slide 18 - Diapositive