les 'opbouw van teksten'

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Tekststructuren

In een goed opgebouwde tekst bestaat er een logisch verband tussen de tekstdelen en heeft elk deel zijn eigen functie.

Een tekst heeft vaak een vaste structuur.

In de inleiding van de tekst staat:
'Het gebruik van zonnepanelen moet verplicht gesteld worden'.

1. vraag-antwoord
2. aspecten

titel van de tekst:
Moet de bouw het klimaat serieus nemen?

1. vraag- antwoord
2. aspecten

Titel:
De ontwikkeling van het zonnepaneel

1. verleden-heden
2. verklaring
3. probleem-oplossing

titel:
Hoe milieubewust te bouwen in 2020

1. verleden- heden
2. verklaring
3. probleem-oplossing

onderwerp van de tekst:
betonrot

1. verleden- heden
2. verklaring
3. probleem-oplossing

Titel:
Na rookverbod VO nu ook MBO?

1. voor- en nadelen
2. argumentatie

"De een kropt alles op of loopt weg, de ander zegt dingen waar hij later spijt van krijgt. Het blijkt lastig om de manier van ruziemaken te veranderen. Maar het kan wel..."

1. voor- en nadelen
2. vraag-antwoord
3. probleem-oplossing
4. verklaring

Om de tekstructuur vorm te geven worden er signaalwoorden gebruikt.

Bij welke structuur worden de volgende signaalwoorden gebruikt?

eerst, daarna, uiteindelijk, eens, toen, vroeger, later, vervolgens

1. aspecten
2. voor- en nadelen
3. verleden- heden
4. vraag- antwoord

daarom, omdat, derhalve, immers, aangezien, namelijk

1. vraag- antwoord
2. argumentatie
3. probleem- oplossing
4. voor- en nadelen

bijvoorbeeld, zo, zoals, neem nou, kijk eens naar

1. vraag- antwoord
2. voor- en nadelen
3. probleem- oplossing
4. verklaring

2.1 ( blz 34) doen we samen. De eindexamenopdracht doe je zelf en staat klaar bij je taken

.