Ambulante zorg les 4

AMBULANTE ZORG les 4

Wil je iets kwijt?

bijv.:

Ik moet eerder weg

Ik kan gebeld worden

Ik heb iets leuks te vertellen

Deze les

• Bespreken: Theoriebron vaardigheden van de ambulent hulpverlener.
• Opdrachten vorige week bespreken

       

Vaardigheden ambulant begeleider

Je komt bij de client thuis. 

Dat vraagt andere vaardigheden:

• Verschil in                                                                       normen en waarden
  
• Non verbale communicatie
  
• Samenwerken
  
• Doorverwijzen
  

• Normen en waarden bespreken                                     als ze begeleidingsdoel belemmeren/                           problemen veroorzaken.
  
• Iedere client leeft zijn leven op                                 eigen manier: respecteer dat dit "anders" zijn. 
• Alleen ingrijpen als gezondheid/ veiligheid client of medebewoner in gevaar zijn.

flexibel

• Je bezoekt verschillende clienten
  
• Iedere client vraagt andere hulp
  
• Vraagt aanpassingsvermogen, makkelijk schakelen.
  

Zelfstandigheid

• Komt alleen bij de client
  
• Je handelt zelfstandig
  
• Neemt alleen beslissingen
  
• Je kan zelf je tijd indelen (in overleg met client)
  
• Je moet tijdig om hulp of advies vragen
  
• Eigen grenzen bewaken
  

LSD en non-verbale communciatie

Je ziet client niet veel:

• "Lees" de non-verbale communicatie = informatie
  
• Achterhaal en benoem wat er echt aan de hand is
  
• Luister, vat samen en vraag door
  
• Let ook op veranderingen in huis
  

Samenwerken

• Je bent regiehouder van alle vormen                           van ondersteuning (huishoudelijke hulp, jobcoach gemeente)
• Maar ook sportschool, pedicure, vrijwilliger, mantel-zorger
• Samenwerking draagt bij aan het doel:                 ondersteunen bij de hulpvraag

Doorverwijzen

• Je kent de sociale kaart:
  
• Wie of welke organisatie heeft welke specifieke kennis of ervaring
  
• Naar wie kan je doorverwijzen (Diëtist , sova-training) 
  
• Ieder andere expertise
  

Bespreken opdrachten 

vorige week

Hoe start ambulante zorg?
Blz 17 en verder.

     1, 2 

(2 f overslaan) 

In groepjes van 3:

opdracht 3 (uitleg stappen)  

opdracht 4 a en b

opdracht 5  

Daarna  opdracht 4

Zelfde groepje van 3

Eerst vragen maken. 

Daarna rollenspel uitvoeren indien voldoende tijd

(of begin volgende les!)