SO Romeinen

Extra opdracht Romeinen
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Extra opdracht Romeinen

Slide 1 - Diapositive

Wat ga je doen?
  1. In deze les zitten opdrachten die te maken hebben met de Romeinen. 
  2. Lees  en maak de opdrachten => In WORD => Geef je bestand de naam: Romeinen
  3. Lever je antwoorden in via Magistermail
  4. Je krijgt een SO cijfer
  5. Tijd: 1 lesuur + thuis afmaken

Slide 2 - Diapositive

Lees eerst de tekst ->


Opdracht 1:
In de tekst komen drie dikgedrukte begrippen voor. Zoek de betekenis van die begrippen op en geef een goede uitleg in eigen woorden. 


 
Lezen!
Een van de bekendste bouwwerken van de romeinen is het colosseum dat je nog steeds in Rome kunt bewonderen. Ook werden er openbare toiletten en thermen  gebouwd, omdat de mensen geen badkamer in hun huizen hadden. Om de thermen van water te voorzien werden er aquaducten gebouwd om het water te verplaatsen.

Slide 3 - Diapositive

Opdracht 2: Zoekplaatje...📸
Zoek een afbeelding van de volgende gebouwen en zet deze in jouw Word-document. Zet bij elk plaatje ook wat het is.

- Villa

- Colosseum

- Thermen

- Aquaduct

Slide 4 - Diapositive

Opdracht 3:
Kaart Romeinse Rijk: Sommige landen hadden in de tijd van de Romeinen een andere naam.
a- Noem 6 landen die je ziet die een andere naam hadden.
b- Hoe heten die landen tegenwoordig? 

Slide 5 - Diapositive

Opdracht 4: woord voor woord
Er zijn nog veel woorden die we gebruiken uit  de Romeinse taal.
Zoek de betekenis op van de volgende woorden:
- bonus
- caseum
- porta
- tabula
- mercatus
- moneta
- murus
- furca

Slide 6 - Diapositive

Tellen met letters?!
Tellen in het Romeinse rijk ging anders dan bij ons -> romeinen tellen met letters:
I = 1
V = 5
X = 10
L = 50
C = 100
D = 500
M = 1000
Hierbij horen nog een aantal regels:
  1. Opschrijven van groot naar klein
  2. Als er een kleiner getal voor een groter getal staat, dan gaat het er vanaf, voorbeeld IV = 4
  3. Nooit meer dan 3 dezelfde getallen achter elkaar. Dit mag: III ,dit niet: IIII.
  4. Zo kort mogelijk opschrijven.

Slide 7 - Diapositive

Opdracht 5 = Knutselen met cijfers en letters....!
a- Zet de volgende Romeinse getallen om in gewone getallen:
  • DCXI =
  • XVI =
  • MMVIII =
b- Zet nu je eigen geboortedatum om in Romeinse cijfers.
c- Zet de volgende getallen in Romeinse cijfers: 
  • 1750 =
  • 2023 =
  • 800 =

Slide 8 - Diapositive

Alle opdrachten gemaakt?

Dan kijk je alles nog een keer heel goed na!
Nu sla je het document op in Word 
(naam = Romeinen)

Je kunt het via de Magister mail inleveren.


Slide 9 - Diapositive

Vragen?
Ja? Dan is het nu tijd om ze te stellen!
Nee? Dan kun je aan de slag met de opdrachten...

Slide 10 - Diapositive