Les 15 "Grieken en Romeinen: Herhaling II"

Welkom bij Geschiedenis
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Geschiedenis

Slide 1 - Diapositive

Programma


1. Leerdoelen
2. De Griekse wereld én 
Imperium Romanum
Herhaling




Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Dit kan je na deze les:

  • Je kent de leerstof van PTO3 (De Griekse wereld én Imperium Romanum).







Slide 3 - Diapositive

De oudheid: Tijd van de Grieken en Romeinen
(3000 v. Chr. - 500 n. Chr.)

Slide 4 - Diapositive

Staatsvormen
De adel bestuurt de samenleving.
Het volk bestuurt de samenleving.
Kleine groepen (rijke mensen) besturen de samenleving.
Eén persoon heeft de macht (koning, keizer, ...).
Eén persoon heeft de macht én is door geweld aan de macht gekomen.
Democratie
Monarchie
Tirannie
Aristocratie
Oligarchie

Slide 5 - Question de remorquage

Wie was de oprichter van de Atheense democratie?
A
Alexander de Grote
B
Diocletianus
C
Kleisthenes
D
Augustus

Slide 6 - Quiz

Welke vorm van democratie hadden wij in Athene?
A
Slagende democratie
B
Directe democratie
C
Communistische democratie
D
Representatieve democratie

Slide 7 - Quiz

Wiens veroveringen zorgden voor de verspreiding van de Griekse cultuur tot aan India (= hellenisme)?
A
Philippus II van Macedonië
B
Romulus en Remus
C
Julius Caesar
D
Alexander de Grote

Slide 8 - Quiz

Wanneer is Rome ontstaan?
A
10e eeuw v. Chr.
B
9e eeuw v. Chr.
C
8e eeuw v. Chr.
D
7e eeuw v. Chr.

Slide 9 - Quiz

Vanaf wanneer is er sprake van een "Imperium Romanum"?
A
4e eeuw v. Chr.
B
3e eeuw v. Chr.
C
2e eeuw v. Chr.
D
1e eeuw v. Chr.

Slide 10 - Quiz

Wanneer werden welke gebieden door de Romeinen veroverd?
Latium (Midden-Italië)
Griekse koloniën
(Zuid-Italië)
Gallië
(nu Frankrijk en België)
Carthago
(Noord-Afrika)
Egypte
(Noord-Afrika)
3e eeuw v. Chr.
2e eeuw v. Chr.
1e eeuw v. Chr.
4e eeuw v. Chr.

Slide 11 - Question de remorquage

Van monarchie naar republiek
Hier staat een persoon aan het hoofd van de staat.
(een koning of een keizer)
Hier worden telkens nieuwe leiders gekozen en de macht gedeeld.
Hij kwam op voor de belangen van het gewone volk van Rome.
Dit waren de hoogste bestuurders van Rome.
Volkstribuun
Hier zaten de rijke en machtige mannen van Rome.
Republiek
Consuls
Senaat
Monarchie

Slide 12 - Question de remorquage

Plebejer vs. Patriciër:
Wie had welke rechten?
Wie had helemaal geen rechten?

Slide 13 - Carte mentale

Julius Caesar

Slide 14 - Carte mentale

Wie volgde Caesar op als leider van het Romeinse Rijk?
A
Cleopatra
B
Marcus Antonius
C
Octavianus (Augustus)
D
Romulus en Remus

Slide 15 - Quiz

Wat is de Grieks-Romeinse cultuur (klassieke cultuur)?
A
De manier waarop de Grieken en de Romeinen dingen maakten
B
Het Byzantijnse Rijk
C
De oudste monotheïstische godsdienst
D
Een ouderwetse politieke cultuur

Slide 16 - Quiz

Wat betekent "Romanisering"?
A
Oorlogen tussen twee of meer groepen uit hetzelfde land of van hetzelfde volk
B
De grens van het Romeinse Rijk
C
Het overnemen van (delen van) de cultuur van de Romeinen
D
De jacht op aanhangers van een verboden godsdienst

Slide 17 - Quiz

Wat kon je allemaal in een
Romeinse stad vinden?

Slide 18 - Carte mentale

Wat was de "limes"?
A
Het begin van de Middeleeuwen
B
Het recht "nee" te zeggen
C
Een andere begrip voor "Klassieke Oudheid"
D
De grens van het Romeinse Rijk

Slide 19 - Quiz

Vanaf wanneer hadden de Romeinen problemen met het tegenhouden van de Germanen? (Germaanse invasie)
A
De 1e eeuw n. Chr.
B
De 2e eeuw n. Chr.
C
De 3e eeuw n. Chr.
D
De 4e eeuw n. Chr.

Slide 20 - Quiz

De crisis van de 3e eeuw
Met welke keizer verbind je de crisis van de 3e eeuw?

Slide 21 - Carte mentale

Bestond tot 476 n. Chr.
Bestond tot 1453 n. Chr.
De hoofdstad was Constantinopel
De officiële taal was Grieks
De officiële taal was Latijns

Slide 22 - Question de remorquage

Romeinen, joden en christenen
Polytheïsme
Christenvervolging
Monotheïsme
Gelovigen vereren maar één god.
Gelovigen vereren meerdere goden.
De jacht op de aanhangers van het christendom (als verboden godsdienst).
Christendom
Jodendom
Het Romeinse geloof

Slide 23 - Question de remorquage

Onder welke keizer kwam het tolerantie-edict?
A
Keizer Augustus
B
Keizer Diocletianus
C
Keizer Constantijn
D
Keizer Theodosius

Slide 24 - Quiz

Onder welke keizer werd het christendom staatsgodsdienst?
A
Keizer Augustus
B
Keizer Diocletianus
C
Keizer Constantijn
D
Keizer Theodosius

Slide 25 - Quiz

Wat heb je vandaag herhaald?

Slide 26 - Carte mentale

Heel veel succes met de toets!

Slide 27 - Diapositive