H8.3 Arbeid en beweging
1 / 18
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Welke andere verandering, naast de verandering in kracht, kan er voor zorgen dat je meer arbeid moet verrichten tijdens het doen van boodschappen?
Slide 7 - Question ouverte
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Terug naar het voorbeeld.
Hoeveel arbeid lever je wanneer je met een kracht van 100 N de boodschappenkar 20 meter verder brengt.
Hoeveel arbeid lever je wanneer je met een kracht van 100 N de boodschappenkar 20 meter verder brengt.
Slide 10 - Question ouverte
Geef bij de volgende situaties aan of er sprake is van positieve of negatieve arbeid.
Positieve arbeid
Negatieve arbeid (=warmte)
De motorkracht van een auto versnelt een auto.
Tijdens het versnellen werken de weerstandskrachten de auto tegen.
Een knikker die rolt over de grond komt uiteindelijk stil te liggen.
Je duwt een winkelwagen vooruit door de supermarkt.
Slide 11 - Question de remorquage
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Welke energie vergelijking hoort bij deze vraag?
Slide 15 - Question ouverte
Ekin = Q
0,5⋅m⋅v2=Frem⋅Δx
Slide 16 - Question ouverte
=
+
+
Arbeid (w)
Zwaarte energie (Ezw)
Kinetische energie (Ekin)
Warmte (Q)
