Station Lezen, zakelijke teksten BK1 perron 2

Lezen, zakelijke teksten BK1 perron 2
De Rooi Pannen
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Lezen, zakelijke teksten BK1 perron 2
De Rooi Pannen

Slide 1 - Diapositive

opdrachten uit het boek
maken: blz. 22 - 23
opdr. 1 - 2

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Wat is een doelgroep?
De doelgroep is de groep lezers voor wie de tekst bedoeld is.
Je kunt erachter komen voor wie de tekst bedoeld is door te letten op:
1. het taalgebruik
2. het uiterlijk       
3. het onderwerp

Slide 4 - Diapositive

opdrachten uit het boek
maken: blz. 24
opdr. 3 - 4

Slide 5 - Diapositive

Sleep de plaatjes naar de juiste doelgroep/publiek
volwassenen
amateur kok
jongeren

Slide 6 - Question de remorquage

Tekstdoelen
1. informeren                  informatie geven
2. amuseren                   plezier geven
3. activeren                     iets laten doen
4. instructie geven
5. overtuigen

Slide 7 - Diapositive

Welke tekstvorm hoort bij het gegeven tekstdoel?
Activeren
Amuseren
informeren

Slide 8 - Question de remorquage

Sleep de tekstdoelen naar het juiste plaatje
Informeren
Activeren
Amuseren

Slide 9 - Question de remorquage

opdrachten uit het boek
maken: blz. 25 t/m 27
                opdr. 5 - 6 - 7

Slide 10 - Diapositive

Tekstsoorten
     1. nieuwsbericht
2. advertentie

Slide 11 - Diapositive

Advertentie
  • Als je mensen iets wil laten doen. 
  • Doel van een advertentie: activeren 
  • Je zet een advertentie
  1. op internet 
  2. in een tijdschrift 
  3. in een krant 
  4. of je hangt hem op 


Slide 12 - Diapositive

Advertentie 1
Wat willen ze dat je gaat doen?
Advertentie 2
Wat willen ze dat je gaat doen?

Slide 13 - Diapositive

Wat is het belangrijkste doel van een advertentie?

A
De maker wil dat de lezer iets gaan doen.
B
De maker wil de lezer informatie geven.
C
De maker wil de lezer vermaken.
D
Er is geen doel.

Slide 14 - Quiz

opdrachten uit het boek
maken: blz. 27 t/m 30
opdr. 8 - 9 - 10

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

opdrachten uit het boek
samen maken: blz. 30 t/m 32
                           opdr. 11 - 12

zelfstandig maken: blz. 33 t/m 35
opdr. 13 - 14 - 15 - 16

Slide 17 - Diapositive

leesstrategie
1. verkennend lezen
2. globaal lezen
3. zoekend lezen

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

opdrachten uit het boek
maken: blz. 36 - 37
opdr. 17 - 18 - 19

Slide 20 - Diapositive

Welke 3 leesstrategieen hebben we tot nu toe behandeld?
A
informeren - amuseren - activeren
B
nieuwsbericht - advertentie
C
verkennend lezen, globaal lezen, zoekend lezen
D
verkennend lezen, lezen is leuk, schrijvend lezen

Slide 21 - Quiz

Wat is een ander woord voor hoofdgedachte?
A
onderwerp
B
doel
C
leesstrategie
D
minisamenvatting

Slide 22 - Quiz

Inleiding
Middenstuk
Slot
Hierin maak je kennis met het onderwerp van de tekst. 
Dit is het grootste gedeelte. Hierin staat de meeste informatie.
Hierin wordt het belangrijkste uit de tekst kort herhaald.

Slide 23 - Question de remorquage

Hoe zoek je een woord op in een woordenboek?

Slide 24 - Carte mentale

Slide 25 - Vidéo

opdrachten uit het boek
samen maken: blz. 38 - 39
opdr. 20 - 21 - 22 - 23

zelfstandig maken: blz. 40 t/m 42
opdr. 24 - 26 - 27 - 28 - 29
Als je klaar bent, mag je de opdrachten zelf nakijken en verbeteren met een rode pen.

Slide 26 - Diapositive

Welk woord komt het eerst in het woordenboek?
A
beer
B
panda
C
zeepaard
D
puppy

Slide 27 - Quiz

Welk woord komt het eerst in het woordenboek?
A
goed
B
gym
C
garage
D
gum

Slide 28 - Quiz

Bij welk woord zoek je de betekenis van het woord 'paarden'?
A
paarden
B
paard
C
paardje
D
paardjes

Slide 29 - Quiz

Bij welk woord zoek ik de betekenis van het woord 'hekjes'?
A
hekje
B
hekken
C
hok
D
hek

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Diapositive

Einde

Slide 32 - Diapositive