Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Thema 3 Erfelijkheid en Evolutie
Slide 1 - Diapositive
Lesindeling
Lesopening
Herhaling BS1 t/m 4
Uitleg BS5 stambomen
Oefenvragen
Huiswerk
Lesafsluiting
Slide 2 - Diapositive
Lesopening
Enkele oefenvragen
Slide 3 - Diapositive
3.5 Stambomen
Welke is dominant?
A
De ziekte is dominant
B
De ziekte is recessief
Slide 4 - Quiz
Wie zijn mannen in deze stamboom?
A
Alle personen weergegeven met een vierkant
B
Alle personen weergegeven met een rondje
Slide 5 - Quiz
3.5 Stambomen
Welk kind is afwijkend?
A
Kind 11
B
Kind 6
C
Kind 17
D
Kind 19
Slide 6 - Quiz
Een stamboom
Slide 7 - Diapositive
Stambomen
Een stamboom laat zien van wie iemand afstamt.
Je kunt in een stamboom laten zien wat de genetische eigenschappen zijn binnen een familie.
Slide 8 - Diapositive
Voorbeeld
Slide 9 - Diapositive
Voorbeeld
aa
A
A
A
A
Slide 10 - Diapositive
Voorbeeld
aa
Aa
Aa
Aa of AA
Aa of AA
Slide 11 - Diapositive
vragen
VRAGEN
Slide 12 - Diapositive
Combineer het juiste genotype met de juiste omschrijving
Homozygoot dominant
Intermediair fenotype
Homozygoot recessief
Heterozygoot
Aa
aa
AA
ArAw
Slide 13 - Question de remorquage
Hiernaast zie je een voorbeeld van een intermediaire kruising.
A
juist
B
onjuist
C
niet te zeggen
Slide 14 - Quiz
In de afbeelding is een stamboom de overerving van albinisme bij een gezin weergegeven. De ouders uit dit gezin krijgen krijgen een vierde kind. Hoe groot is de kans dat dit kind pigment heeft?
A
25%
B
50%
C
75%
D
100%
Slide 15 - Quiz
Wat is de kruising tussen Monique en Kees?
A
AA x Aa
B
Aa x Aa
C
AA x aa
Slide 16 - Quiz
Zie deze stamboom, kan je afleiden welke eigenschap dominant is?
A
Ja, zwart
want die komt het vaakst voor.
B
Ja, wit
C
Nee, niet af te leiden
D
Ja, want 3 heeft een ander fenotype
Slide 17 - Quiz
Twee witte Leghorns worden met elkaar gekruist.
De stamboom geeft de resultaten van deze kruising weer.
Wat is het genotype van de ouders?
A
Beide hebben genotype AA
B
Beide hebben genotype aa
C
Beide hebben genotype Aa
D
Eén van beide heeft genotype AA, de ander Aa.
Slide 18 - Quiz
Hoeveel generaties zijn afgebeeld in deze stamboom?