Drogredenen opdracht

Welkom!
Drogredenen
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 12 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
Drogredenen

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?
Uitleg drogredenen
Uitleg opdracht
Script schrijven (vrijdag 2 februari)

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Waarom is het een debattruc die Wilders toepast?

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Vidéo

Wat is de drogreden?

Slide 8 - Diapositive

‘inderdaad veel mensen zich zorgen maken over de hoge asielinstroom’.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Filmpje Thierry Baudet
https://pointer.kro-ncrv.nl/aanvallen-op-de-persoon-whataboutisms-en-andere-debattrucjes-herken-jij-ze-in-de 

Slide 11 - Diapositive

Welke drogreden?

Slide 12 - Diapositive

Op basis van autoriteit (selectief/misplaatst)

Slide 13 - Diapositive

Partijen die sceptisch zijn over klimaatverandering gebruiken vaak een autoriteitsdrogreden

“CO2 is juist goed voor de natuur! Kijk maar: dat zeggen maar liefst 24 deskundigen in De Telegraaf!”

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Slide 16 - Vidéo

Welke drogreden gebruikt de vrouw in het fragment?
A
Bespelen van het publiek
B
Vertekenen van het standpunt
C
Cirkelredenering
D
Ontduiken van bewijslast

Slide 17 - Quiz

Sterke argumenten
  • Een sterk argument is juist en vaak onderbouwd met feiten of onderzoeken;
  • Een sterk argument is geldig en gaat over het onderwerp van de discussie en wijkt daar niet van af. 

Slide 18 - Diapositive

Zwakke argumenten
  • Zijn vaak subjectief en niet verder onderbouwd; 
  • Zijn onjuiste argumenten. De informatie klopt niet;
  • Zijn argumenten gebaseerd op drogredenaties en dus niet geldig. 

Slide 19 - Diapositive

Drogredenen
  • Gaan niet over de inhoud van de discussie of het debat; 
  • Je kan op die manier mensen misleiden in de discussie;
  • Het zorgt voor een zwakke argumentatie. 

Slide 20 - Diapositive

Geef nu zelf een voorbeeld van een drogredenatie.

Slide 21 - Question ouverte

0

Slide 22 - Vidéo

Waarom is het voorbeeld uit het filmpje een drogreden?

Slide 23 - Question ouverte

Voorbeelden van filmpjes die je kunt maken

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Lien

Slide 28 - Vidéo

Welke drogreden staat hier onder;
Mijn oma heeft altijd gerookt en is 95 jaar geworden. Roken is dus niet zo erg.
A
overhaaste generalisatie
B
onjuist beroep op autoriteit
C
cirkelredenering
D
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie

Slide 29 - Quiz

Iedereen weet toch dat Rutte weer premier wordt na de volgende verkiezingen.

Hier vind je 2 drogredenen
A
bespelen van het publiek
B
overhaaste generalisatie
C
onjuiste oorzaak-gevolg-relatie/causaliteit
D
ontduiken bewijslast

Slide 30 - Quiz

Drogredenen
Tegenwoordig heeft elke leerling een smartphone. Vind je het gek dat ze niet opletten in de les?
A
bespelen van publiek
B
Verkeerde vergelijking
C
Oorzaak-gevolg
D
Ontduiken bewijslast

Slide 31 - Quiz

Welke drogreden:
Je weet niks van gezond leven, want je drinkt zelf ook alcohol.
A
cirkelredenering
B
ontduiken van bewijslast
C
verkeerde vergelijking
D
persoonlijke aanval

Slide 32 - Quiz

Wat voor drogredenen is "Omdat ik het zeg."
A
Persoonlijke aanval
B
Cirkelredenering

Slide 33 - Quiz

Wat voor drogredenen is "Ik heb dat niet gestolen, want ik ben geen dief.”
A
Persoonlijke aanval
B
Cirkelredenering

Slide 34 - Quiz

Dit kabinet maakt er echt een puinhoop van, want dit kabinet doet helemaal niets goed.
A
Ontduiken van bewijslast
B
Persoonlijke aanval
C
Vertekenen van het standpunt
D
Cirkelredenering

Slide 35 - Quiz

Het geschiedenisonderwijs kan beter worden afgeschaft. Wat gebeurd is, is gebeurd. En versleten jas gooi je toch ook weg!
A
Bespelen van het publiek
B
Verkeerde vergelijking
C
Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Slide 36 - Quiz

Als we wiet gaan legaliseren, dan zullen meer mensen heroïne proberen.
A
Overhaaste generalisatie
B
Ontduiken van bewijslast
C
Overdrijven van voor-of nadelen
D
Persoonlijke aanval

Slide 37 - Quiz

Slide 38 - Vidéo

Welke drogreden gebruikte Louis van Gaal?
A
Onjuist beroep op het oorzaak- en gevolgschema
B
Persoonlijke aanval
C
Vals dilemma
D
Bespelen van het publiek

Slide 39 - Quiz

Slide 40 - Lien

Aan de slag

Slide 41 - Diapositive