Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Ethisch kiezen als persoon
Hoofdstuk 4
Slide 1 - Diapositive
Over welke handeling gaat het dilemma? Wat zijn de alternatieven? Welke bezwaren of negatieve gevolgen zijn ermee verbonden?
Slide 2 - Question ouverte
Bedenk pro en contra argumenten over elke handelingskeuze die je zou maken.
Slide 3 - Question ouverte
Denk na over de waarden of beginselen achter de argumenten die je hebt aangehaald. Noteer de waarden.
Slide 4 - Question ouverte
Maak een afweging. Welke optie kies jij? Welke waarde of beginsel is doorslaggevend voor jou? Waarom zijn de bezwaren voor jou minder belangrijk? Bv.: in situatie X kies ik voor handeling A, omdat voor mij waarde M de doorslag geeft, ook al komt daardoor waarde N in het gedrang.
Slide 5 - Question ouverte
Zorgethiek
Slide 6 - Carte mentale
Welk principe schuilt achter de afbeelding?
Slide 7 - Question ouverte
Welk principe schuilt achter de afbeelding?
Slide 8 - Question ouverte
Welk principe schuilt achter de afbeelding?
Slide 9 - Question ouverte
Welk principe schuilt achter de afbeelding?
Slide 10 - Question ouverte
Slide 11 - Vidéo
00:00
Op welke manier past de visie van het UMCG in de zorgethiek?
Slide 12 - Question ouverte
Wat was bij het onderzoek van Kohlberg over het Heinz-dilemma het verschil tussen jongens en meisjes?
A
Jongens kozen er vaker voor om het medicijn niet te stelen, omdat stelen niet mag. Meisjes kozen wel voor diefstal, om het leven te redden.
B
Jongens kozen er vaak voor om het medicijn te stelen, omdat het recht op leven belangrijker is dan het recht op eigendom. Meisjes wilden liever een gesprek aangaan, om tot een win-winsituatie te komen.
C
Jongens kozen er vaak voor om het medicijn niet te stelen, omdat de apotheker recht heeft op het hele bedrag. Meisjes zouden het stelen, omdat het recht op leven belangrijker is dan het recht op eigendom.
D
Jongens kozen er vaak voor om het medicijn te stelen, omdat het recht op leven belangrijker is dan het recht op eigendom. Meisjes wezen diefstal juist af, omdat diefstal nooit mag en er een gevangenisstraf op staat.