5.3 de komst van de fabriek

Schrijf op je wisbordje een antwoord op de vraag:
Noem een gevolg van de agrarische en de demografische revolutie.

Eerder klaar: noem een oorzaak van de agrarische en demografische revolutie.
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Schrijf op je wisbordje een antwoord op de vraag:
Noem een gevolg van de agrarische en de demografische revolutie.

Eerder klaar: noem een oorzaak van de agrarische en demografische revolutie.

Slide 1 - Diapositive

Lesplanning
1. Leerdoel(en)
2. Uitleg met aantekeningen.
3. Checkvraag bij de uitleg.
4. Werkboek maken/nakijken opdrachten.
5. Korte samenvatting leerdoel(en).

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel: ik kan uitleggen wat we bedoelen met huisnijverheid en de uitvindingen noemen die dit stimuleerden.

Slide 3 - Diapositive

Huisnijverheid
  • Vanaf de 17e eeuw gingen boeren ook aan nijverheid doen, vooral de textielnijverheid. In hun vrije tijd werkten ze aan spinnen en weven in de boerderij. => dit noemen we huisnijverheid, 
  • Boeren kregen grondstoffen van handelaren uit de stad, zij verwerkten die tot product=> werd in de stad verkocht. 
  • Boeren verdienden zo extra geld om van te leven.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wevers en spinners
  • Textienijverheid: spinnen en weven, maar arbeid en tijdsintensief. 
  • Het spinnen kon hoeveelheid draad voor wevers niet leveren. Gevolg: James Hargreaves vond de spinning jenny uit. Voordeel: snel veel klossen draad op 1 machine spinnen. 
  • 1733 John Kay vond de schietspoel uit. Voordeel: een wever kon de spoel sneller door de schering schieten en bredere stoffen weven. 

Slide 6 - Diapositive

  • De huisnijverheid bleef ondanks de schietspoel en de  spinning jenny bestaan. De m machines waren klein, goedkoop en pasten in de boerderij. 
  • Er kwam nu alleen meer, beter garen en meer stoffen. De boeren bleven leven en werken zoals ze altijd al gedaan hadden.

Slide 7 - Diapositive

Geef op je wisbordje een antwoord op de vraag.
Leg uit welke 2 uitvindingen ervoor zorgden dat de huisnijverheid bleef bestaan en waarom dat het geval was.

Eerder klaar: Leg uit wat het verband is tussen de agrarische, transport en demografische revolutie is.

Slide 8 - Diapositive

Te doen.
Maken werkboek par 5.3 vraag 40, 41, 43, 47, 49, 50, 51, 52, 53. 

Als je klaar bent ga je werken aan maken flitskaarten/ eigen cornell schema/ succescriteria par. 5.3.
Leren par.  5.2

Slide 9 - Diapositive

Schrijf op je wisbordje een antwoord op de vraag:
Leg uit welke 2 uitvindingen ervoor zorgden dat de huisnijverheid bleef bestaan en waarom dat het geval was.

Eerder klaar: Leg uit wat het verband is tussen de agrarische, transport en demografische revolutie is.

Slide 10 - Diapositive

Lesplanning
1. Leerdoel(en)
2. Uitleg met aantekeningen.
3. Checkvraag bij de uitleg.
4. Werkboek maken/nakijken opdrachten.
5. Korte samenvatting leerdoel(en).

Slide 11 - Diapositive

Leerdoel
Leerdoel: ik kan uitleggen door welke uitvindingen de overgang van huisnijverheid naar het werken in fabrieken plaatsvond. 

Slide 12 - Diapositive

Ontwikkeling van uitvindingen die de industriële revolutie bevorderden
Waterframe van Arkwright, vanuit buiten de fabriek dreef een waterwiel machines aan.

Slide 13 - Diapositive

Van spierkracht naar waterkracht en uiteindelijk stoomkracht.
  • In Engeland betere en snellere machines ontwikkeld. 
  • Richard Arkwright: waterframe, sneller en meer draad spinnen. Enige nadeel is dat je wel voldoende water voor het waterwiel moet hebben. 
  • Een rivier, de machine was groot en duur=> een einde aan de thuisnijverheid.
  • De fabriek ontstond nu, waar veel mensen aan het werk waren aan machines.

Slide 14 - Diapositive

Stoomkracht
  • Probleem waterframe: nam veel plaats in,  bij weinig water geen werk.
  • James Watt kwam met de stoommachine => zo konden mijnen met waterpompen dieper boren en meer eruit halen.
  • Fabrieken met stoommachines konden overal gebouwd worden, nieuwe steden.
  • Fabrieken kwamen in de stad=> arbeiders wonen dicht bij fabriek, scheelt tijd en energie om er te komen.

Slide 15 - Diapositive

Sleep de afbeelding naar de juiste uitvinding.
Spinning Jenny
Waterframe
Stoommachine
Schietspoel

Slide 16 - Question de remorquage

Te doen.
Maken werkboek par 5.3 vraag 40, 41, 43, 47, 49, 50, 51, 52, 53. 

Als je klaar bent ga je werken aan maken flitskaarten/ eigen cornell schema/ succescriteria par. 5.3.
Leren par.  5.2

Slide 17 - Diapositive