Herhaling 19 t/m 20

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Herhaling 19 t/m 22

Welkom 4VA

Leg je tekst, pen en papier op tafel. 

Vandaag:

-  opdrachten bespreken bij de tekst: Leer sneller, maar vooral effectiever lezen.

- herhaling H. 19 en 20

- Oefenen met de tekst: Ouders moeten hun houding over gamen aanpassen. 

H. 19 Overtuigen

Standpunt: mening/ visie/ opvatting/ stelling/ claim.

Argumenten: ondersteunen je standpunt

- omdat, want, aangezien, immers

Argumentatie/ betoog/ redenering: alle argumenten bij elkaar. 

Feitelijke uitspraak: je kan controleren of het waar is of onwaar.

Waarderende uitspraak: oordeel van wat goed, slecht, mooi of lelijk is. Kun je niet controleren.

H. 20 Argumentatiestructuren

Enkelvoudig

Onderschikkend

Nevenschikkend

- afhankelijk

- onafhankelijk

Verzwegen argumenten: niet letterlijk uitgesproken, maar wel belangrijk.

Als... dan... uitspraak

- omdat ze voor iedereen duidelijk zijn

- omdat ze niet voor iedereen aanvaardbaar zijn

Lees de tekst.

1. Wat is het onderwerp?

2. Wat is de hoofdgedachte

3. Onderstreep de woorden die je nog niet kent. 

Schrijf voor jezelf op:

Over periode drie:

1. Waar ben je trots op?

2. Wat kon er beter?

Over periode vier:

1. Wat zijn je doelen?

2. Is er iets dat je anders gaat doen dan in periode drie?