Havo1 Les 11 Par 3.2 Koningstijd, Republiek, Keizertijd

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Koningstijd, Republiek, Keizertijd

Deelvraag 2 Hoe werd het Romeinse Rijk een monarchie, een republiek en uiteindelijk toch weer een monarchie?

Hoofdstuk 3 Paragraaf 2.

Wat heb je
vorige les geleerd?

Uitleg

Schrijf de uitleg in de je schrift

Patriciërs en plebejers

De oude adellijke families die de koning hadden verjaagd, kregen de macht in Rome.

Zij zaten in de senaat, waren priesters en rechters en leverden de consuls.

Patriciërs en Plebejers

- De armste klassen hebben (bijna) geen stemrecht in de volksvergadering. Maar... ze hebben ook wel een paar voordelen: ze moeten geen belastingen betalen en ze hoeven niet naar het leger.

- Vanaf 500 v. Chr. start Rome met de verovering van de rest van Italië. Daarvoor hebben ze extra soldaten en geld nodig. Daarom verplichten ze de armeren (plebejers) om ook belastingen te betalen en als soldaat dienst te doen. Ze mogen nu ook naar de volksvergadering, maar zoals je al weet, stelt hun macht daar niet veel voor.

- Door de oorlogen raken de plebejers in de problemen. Ze moeten hun velden bewerken, maar ze moeten ook naar het leger. Die twee taken vallen moeilijk te combineren. Ze kunnen geen slaven kopen om het werk op hun boerderij te doen.

Als patres (vaders) van het Romeinse volk werden ze patriciërs genoemd. De rest van het volk de plebejers, houden nauwelijks politieke invloed.

Zou je de Romeinse republiek een oligarchie of een democratie noemen?

Plebejers mochten stemmen in de volksvergadering, maar hun stemmen telden minder mee dan die van de patriciërs.

In 4e eeuw v.Chr. breidde Rome haar grondgebied uit. Hierdoor kon er meer handel gedreven worden. Er ontstonden grote verschillen in rijkdom tussen de plebejers. De rijke plebejers vonden het niet eerlijk dat zij niet dezelfde rechten hadden als de patriciërs.

In 287 v.Chr. kregen de plebejers volledig burgerrecht. Minstens een consul moest plebejer zijn en ze hadden eigen bestuurders. De tien volkstribunen, die hen moesten beschermen en steunen.

Benoem een reden waarom je kunt zeggen dat de strijd tussen de patriciërs en de plebejers door de plebejers is gewonnen?

Wat heb je
vandaag geleerd?