Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Havo 3: wederkerige, wederkerende voornaamwoorden + herhaling nevensch. en onderschikkendvoegwoord
Wederkerende en wederkerige voornaamwoorden en voegwoorden
1 / 21
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Wederkerende en wederkerige voornaamwoorden en voegwoorden
Slide 1 - Diapositive
Lesdoelen
Aan het einde van de les:
kan ik nevenschikkende en onderschikkende voegwoorden benomen.
kan ik wederkerende voornaamwoorden herkennen en benoemen in een zin.
kan ik wederkerige voornaamwoorden herkennen en benoemen in een zin
Slide 2 - Diapositive
Wat gaan we doen?
herhaling persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
wederkerende voornaamwoorden
wederkerige voornaamwoorden
Huiswerkopdracht dinsdag 18 januari: opdracht Google Forms
Slide 3 - Diapositive
Geef drie voorbeelden van persoonlijke voornaamwoorden
Slide 4 - Question ouverte
Geef drie voorbeelden van bezittelijke voornaamwoorden
Slide 5 - Question ouverte
Wederkerende voornaamwoorden
Het wederkerend voornaamwoord verwijst bijna altijd terug naar het onderwerp van de zin.
Voorbeeld: Ik vergis
me
Je hebt dit altijd bij bepaalde soort werkwoorden:
zich wassen, zich vergissen, zich scheren
Slide 6 - Diapositive
Soorten wederkerende voornaamwoorden
Ik vergis
me
Hij vergist
zich
Jij vergist
je(zelf)
U vergist
zich/u
Wij vergissen
ons
Jullie vergissen
je
Let op: Verwar voornaamwoorden als je, ons, u en me niet met de persoonlijke voornaamwoorden. Kijk goed naar de zin!
Slide 7 - Diapositive
Benoem het wederkerend voornaamwoord uit de zin: Iedereen kan leren zich te verdedigen
Slide 8 - Question ouverte
Benoem het wederkerend voornaamwoord uit de zin: Wij vragen ons al jaren af wanneer de Olympische Spelen eens in Nederland gehouden worden.
Slide 9 - Question ouverte
Wederkerige voornaamwoorden
Drie wederkerige voornaamwoorden:
Elkaar, elkander en mekaar
Slide 10 - Diapositive
Benoem het wederkerig voornaamwoord: Sem en Indy hebben elkaar al eerder ontmoet
A
en
B
hebben
C
elkaar
D
al
Slide 11 - Quiz
Benoem de vier nevenschikkende voegwoorden
Slide 12 - Question ouverte
Noem twee voorbeelden van onderschikkende voegwoorden
Slide 13 - Question ouverte
Voegwoorden
Voegwoorden: Voegen twee zinnen aan elkaar
Nevenschikkend:
En, maar, want, of
Onderschikkend voegwoord:
omdat, daarom, waarmee, om etc.
Slide 14 - Diapositive
Benoem het woord in hoofdletters uit de zin: Ik heb een lunch gehad EN ik ging een nieuwe jurk kopen.
A
Onderschikkend voegwoord
B
Nevenschikkend voegwoord
C
Wederkerig voornaamwoord
D
Wederkerend voornaamwoord
Slide 15 - Quiz
Benoem het woord in hoofdletters uit de zin: Hij schaamde ZICH enorm voor die grote blunder
A
Onderschikkend voegwoord
B
Nevenschikkend voegwoord
C
Wederkerig voornaamwoord
D
Wederkerend voornaamwoord
Slide 16 - Quiz
Benoem het woord in hoofdletters uit de zin: Heb jij JE ook zo zitten ergeren aan het gedrag van klas 3?
A
Persoonlijk voornaamwoord
B
Onderschikkend voegwoord
C
wederkerig voornaamwoord
D
wederkerend voornaamwoord
Slide 17 - Quiz
Benoem het woord in hoofdletters uit de zin: JIJ hebt mij nog niet horen zingen!
A
Persoonlijk voornaamwoord
B
Onderschikkend voegwoord
C
Wederkerig voornaamwoord
D
Wederkerend voornaamwoord
Slide 18 - Quiz
Ik kan nu wederkerende voornaamwoorden en wederkerige voornaamwoorden herkennen in een zin.
Helemaal mee eens
Een beetje
Helemaal mee oneens
Slide 19 - Sondage
Welke onderdelen vind jij nog moeilijk bij taalkundig ontleden?
Slide 20 - Question ouverte
Huiswerk voor volgende week
Maandag 17 januari: Maken: examentekst Scholieren worstelen nog steeds met schermpjes in de klas.
Maandag 17 januari: Maken bladzijde 77 t/m 86 Blok 2 lezen opdracht 1 t/m 5
Dinsdag 18 januari: Maken opdracht wederkerende, wederkerige voornaamwoorden en nevenschikkende en onderschikkende voegwoorden in Google Forms.
Slide 21 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Havo 3: wederkerige, wederkerende voornaamwoorden + herhaling nevensch. en onderschikkendvoegwoord
Octobre 2022
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Havo 3: wederkerige, wederkerende voornaamwoorden + herhaling nevensch. en onderschikkendvoegwoord
Mars 2023
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
wederkerige en wederkerende voornaamwoorden
Novembre 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Havo 2: wederkerige, wederkerende voornaamwoorden +
Mars 2022
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
19/11 herhaling woordsoorten 3h
Novembre 2022
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H2 Grammatica les 2
Novembre 2021
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
H2 nevenschikkend en onderschikkend (les 3 di)
Août 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Grammatica hoofdstuk 2.7 (5 t/m 7) neven / onderschikkend en wg
Février 2024
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1