spreektaal vs schrijftaal

Spreektaal vs schrijftaal
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Spreektaal vs schrijftaal

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je al over spreektaal en schrijftaal?

Slide 2 - Question ouverte

Spreektaal
- Alle daagse woorden
- Vaak informele taal
- Kort en bondig
- maar/ook/nu
- effe
- Afkortingen

Schrijftaal
- Ouderwetse woorden
- Formele taal
- Teksten ect.
- Echter/tevens/heden
- Even
- Geen afkortingen

Slide 3 - Diapositive

Schrijftaal
Spreektaal
Doe 't zelf!
Helaas hadden wij al snel onenigheid
D'r valt niks te lache.
Ik ken d'r nie bij.
Echter verscheen er een lach op mijn gezicht.
Het is niet om te lachen.
Ik ga effe naar buiten
Wat aangenaam om je weer eens te zien

Slide 4 - Question de remorquage

Spreektaal

- D'r is 'n glas omgevallen.
Schrijftaal

Slide 5 - Diapositive

Spreektaal

- D'r is 'n glas omgevallen

Schrijftaal

- Er is een glas omgevallen

Slide 6 - Diapositive

Spreektaal

- D'r is 'n glas omgevallen
- Je mot er geen grappe over maken.
Schrijftaal

- Er is een glas omgevallen

Slide 7 - Diapositive

Spreektaal

- D'r is 'n glas omgevallen

- Je mot er geen grappe over maken.
Schrijftaal

- Er is een glas omgevallen

- Je moet er geen grappen over maken.

Slide 8 - Diapositive

Schrijftaal

- Ze hebben het dusdanig naar hun zin, dat ze langer blijven.
Spreektaal

Slide 9 - Diapositive

Schrijftaal

- Ze hebben het dusdanig naar hun zin, dat ze langer blijven.
Spreektaal

- Ze hebben 't zo naar hun zin, dat ze langer blijven.

Slide 10 - Diapositive

Schrijftaal

- Ze hebben het dusdanig naar hun zin, dat ze langer blijven.

- Ik heb verscheidene spelletjes uitgezocht om te spelen
Spreektaal

- Ze hebben 't zo naar hun zin, dat ze langer blijven.

Slide 11 - Diapositive

Schrijftaal

- Ze hebben het dusdanig naar hun zin, dat ze langer blijven.

- Ik heb verscheidene spelletjes uitgezocht om te spelen.
Spreektaal

- Ze hebben 't zo naar hun zin, dat ze langer blijven.

- 'k Heb verschillende spelletjes uitgezocht om te spelen.

Slide 12 - Diapositive

Aan de slag
- Maak de opdrachten op het werkblad.
- Je mag fluisterend overleggen, je werkt alleen.
- Ik loop rond voor vragen.
- Klaar --> Lezen.

timer
10:00

Slide 13 - Diapositive