Periode 3 - week 3 - H.1-Lezen

Welkom!

Nederlands
periode 3
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom!

Nederlands
periode 3

Slide 1 - Diapositive

Donderdag 18 november

     



  • AGENDA - Huiswerk woensdag 24-11, 5e uur
  --> maken: H. 2.6-Schrijven, blz. 78, schrijftaak
  --> nakijken: opdr. 7, 9, 10, blz. 76


       
H.1.2-Lezen, p.20: leestaak opdr. 14, 15, 16           
SCHRIJF IN JE AGENDA
Huiswerk donderdag

Slide 2 - Diapositive

Woensdag 18 januari


Wat gaan we doen: 

  • Quizje
  • H. 1.2 Lezen - Leestaak

Slide 3 - Diapositive

Schrijf zoveel mogelijk kernwoorden op over: de onderdelen van leesvaardigheid in H1

Slide 4 - Carte mentale

Leesstrategieën
Tekstverbanden
Tekstdoelen
Onderwerp
Hoofdgedachte

Slide 5 - Diapositive

Een tekst bekijken om een eerste indruk te krijgen =
A
studerend lezen
B
nauwkeurig lezen
C
verkennend lezen
D
zoekend lezen

Slide 6 - Quiz

Een tekst helemaal lezen om hem te begrijpen =
A
studerend lezen
B
nauwkeurig lezen
C
verkennend lezen
D
zoekend lezen

Slide 7 - Quiz

Een signaalwoord wordt gebruikt om een tekstverband aan te geven.
A
Deze uitspraak is waar
B
Deze uitspraak is niet waar
C
Huh, wat? Geen idee..
D
De uitspraak klopt niet.

Slide 8 - Quiz

Een krantenbericht heeft als tekstdoel:
A
amuseren
B
informeren
C
activeren
D
overhalen

Slide 9 - Quiz

De volgende tekstverbanden ken ik nog:

Slide 10 - Carte mentale

Een film of theaterstuk heeft als tekstdoel:
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren

Slide 11 - Quiz

De titel van een tekst noemt NOOIT het onderwerp en geeft ook geen aanwijzing over het onderwerp.
A
Deze uitspraak is waar
B
Deze uitspraak is niet waar
C
Geen idee....

Slide 12 - Quiz

Het belangrijkste wat een schrijver zegt over het onderwerp van een tekst noem je:
A
een bijzaak
B
een hoofdzaak
C
de tekstopbouw
D
een hoofdgedachte

Slide 13 - Quiz

Een opsommend tekstverband kan worden aangegeven met het signaalwoord:
A
maar
B
bijvoorbeeld
C
ten eerste
D
daarom

Slide 14 - Quiz

Een redengevend tekstverband kan worden aangegeven met het signaalwoord:
A
maar
B
bijvoorbeeld
C
echter
D
daarom

Slide 15 - Quiz

Donderdag 18 november

     



  • AGENDA - Huiswerk woensdag 24-11, 5e uur
  --> maken: H. 2.6-Schrijven, blz. 78, schrijftaak
  --> nakijken: opdr. 7, 9, 10, blz. 76


       

We lezen samen tekst 3,
p. 20

Slide 16 - Diapositive

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
Aan de slag!
H. 1.2 Lezen, p. 20: opdr. 14, 15, 16 
Maak de opgaven alsof het een toets is, we gaan ook nakijken en 'cijfer' berekenen.

 Wat?

Met wie?

Hulp?

Klaar?

Zelfstandig, in stilte
 Steek je vinger op
Ga verder met opdr. 17, 18, 19, 20

Slide 17 - Diapositive