B&F, spelling, blok 4 week 1 les 4
1 / 25
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
woorden op
-elen, -enen, eren
-elen, -enen, eren
Slide 2 - Carte mentale
Kilowoorden
Slide 3 - Carte mentale
Slide 4 - Question ouverte
Slide 5 - Diapositive
Welke komma-s-woord hoort in deze zin?
Ik sta altijd om 7:00 .................. op.
Ik sta altijd om 7:00 .................. op.
Slide 6 - Question ouverte
Welk komma-s-woord hoort in deze zin?
Om 12:00 .................... eet ik een boterham.
Om 12:00 .................... eet ik een boterham.
Slide 7 - Question ouverte
Welk komma-s-woord hoort in deze zin?
Om 20:00 ................... ga ik naar bed.
Om 20:00 ................... ga ik naar bed.
Slide 8 - Question ouverte
Welk komma-s-woord hoort in deze zin?
Soms word ik ............ nog even wakker.
Soms word ik ............ nog even wakker.
Slide 9 - Question ouverte
Welk komma-s-woord hoort in deze zin?
............. heb ik altijd een sjaal om.
............. heb ik altijd een sjaal om.
Slide 10 - Question ouverte
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Question ouverte
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Question ouverte
Slide 16 - Question ouverte
Slide 17 - Question ouverte
Slide 18 - Question ouverte
Slide 19 - Question ouverte
Nu de zin. Denk aan de hoofdletters en leestekens.
Slide 20 - Question ouverte
A
zie
B
verse
C
sporen
D
wolven
Slide 21 - Quiz
A
zie
B
verse
C
sporen
D
wolven
Slide 22 - Quiz
A
zie
B
verse
C
sporen
D
wolven
