les 5 specifieke behoefte - hechting

les 5: specifieke behoefte 
Hechtingsstoornis 
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

les 5: specifieke behoefte 
Hechtingsstoornis 

Slide 1 - Diapositive

terugkoppeling opdracht interventiemethoden ADHD 

Slide 2 - Diapositive

Geef per groepje jullie top 3 van interventies aan.
(geef namen van groepje eerst in)

Slide 3 - Question ouverte

HECHTING

Slide 4 - Diapositive

Cette vidéo n'est plus disponible

Slide 5 - Diapositive

Hechting

Slide 6 - Carte mentale

Veilige hechting
  • Een kind/jongere die veilig gehecht is heeft tijdens de kinderjaren ervaren dat tenminste één van zijn verzorgers er onvoorwaardelijk voor hem/haar is. 

  • Een goede gehechtheid tussen ouders en kinderen vormt de basis voor een kind om te groeien in zijn ontwikkeling.

Slide 7 - Diapositive

Voorwaarden voor veilige hechting
  1. Sensitief reageren: ouder staat open voor signalen van het kind, begrijpt de signalen en reageert snel en agequaat. 
  2. Continuïteit: er is continuïteit in de aanwezigheid van de gehechtheidspersoon nodig. 
  3. Mentaliseren: ouder verplaatst zich in het perspectief van het kind en verwoordt dat ook. 

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Risicofactoren tijdens het hechtingsproces

Slide 10 - Diapositive

Beschermende factoren tijdens het hechtingsproces

Slide 11 - Diapositive

Hechtingsproblematiek vs. hechtingsstoornis
  • Kind/jongere die niet goed gehecht is heeft niet meteen een hechtingsstoornis. 
  • 25 - 30 % van de Nederlandse bevolking is niet volledig veilig gehecht, 1 % van de Nederlandse bevolking heeft een hechtingsstoornis. 

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Hechtingsstoornis
  • Volgens DSM-5 te classifiseren onder de categorie "reactieve hechtingsstoornis"
  • Kind heeft geen duidelijk aanwijsbaar hechtingsfiguur, heeft dus geen gehechtheidsrelatie gevormd. 
  • Onderscheid twee type: 
  1. Ongeremde type
  2. Geremde type

Slide 18 - Diapositive

Criteria DSM-5 hechtingsstoornis

Slide 19 - Diapositive

Met spel de hechting stimuleren
  • Gekke bekken trekken: stimuleren van betrokkenheid en structuur. 
  • Verstoppertje: stimuleren van betrokkenheid.

Slide 20 - Diapositive

Begeleiding van kinderen/jongeren met hechtingsstoornis
Het bieden van veiligheid staat centraal.

Kinderen/jongeren missen hun vertrouwen in zichzelf en de wereld.

Slide 21 - Diapositive

Hoe creëren en bied je dan veiligheid?

Slide 22 - Question ouverte

Waar kun je aan denken?
  • Vertrouwen opbouwen
  • Grenzen stellen
  • Ben jezelf, doe niet "nep"
  • Voorspelbaarheid
  • Structuur
  • Voorbeeldfunctie
  • Sensitief en responsief reageren
  • Inspelen op behoeften van het kind/jongere

Slide 23 - Diapositive

Wat neem je nu mee in de begeleiding van kinderen/jongeren met een hechtingsstoornis.

Slide 24 - Question ouverte