Thema 1, Les 4 - ADH, Concentratie en Dosis

Voeding
iBook Hoofdstuk 4 





IJburg College
2 KTHV

1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuur, Leven en TechnologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Voeding
iBook Hoofdstuk 4 





IJburg College
2 KTHV

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je nog van vorige week?

Slide 2 - Carte mentale

Wat is GEEN nadeel van voedselbederf?
A
Je belast het milieu ermee
B
De conserveringsmiddelen werken niet meer.
C
Je kunt ziek worden van het eten ervan
D
Ze kunnen andere producten aantasten

Slide 3 - Quiz

Leerdoelen
-Je kunt de eisen benoemen van een evenwichtig voedselpakket en de voordelen hiervan benoemen.

-Je kunt rekenen met concentratie en dosis.


Slide 4 - Diapositive

Schijf van vijf
Uitgegeven door het voedingscentrum.

Hier staat in wat je elke dag nodig hebt voor een evenwichtig voedselpakket.

Slide 5 - Diapositive

ADH
Staat voor Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid.

Is per persoon anders. Zo hebben mannen meer calorieën nodig dan vrouwen, en pubers meer bouwstoffen.

Slide 6 - Diapositive

Elke stof is giftig.
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quiz

Gebreksziekten

Slide 8 - Diapositive

Een tekort aan vitamine C kan scheurbuik veroorzaken
A
waar
B
nietwaar

Slide 9 - Quiz

Nachtblindheid kan veroorzaakt worden door een tekort aan vitamine A
A
waar
B
nietwaar

Slide 10 - Quiz

Een tekort aan vitamine B kan beri beri veroorzaken
A
waar
B
nietwaar

Slide 11 - Quiz

Concentratie
De hoeveelheid van een stof die in een voedingsmiddel zit. 

Hoeveel limonadesiroop zit er in de reageerbuisjes?

Slide 12 - Diapositive

Dosis
De hoeveelheid van een stof die je binnenkrijgt wanneer je een bepaald voedingsmiddel eet.

Slide 13 - Diapositive

Rekenen met de dosis.
Als voorbeeld nemen we Kwik in drinkwater. Stel dat je twee liter water drinkt op een dag, hoeveel kwik krijg je dan binnen?


2 Liter x 1,0 mg = 2,0 mg kwik.


Dus:
aantal liter * waarde van de stof  = dosis

Slide 14 - Diapositive

Je drinkt 1,5 L water. Hoeveel mg nitraat krijg je binnen?
A
50
B
0,15
C
75
D
0,1

Slide 15 - Quiz

Iedereen heeft evenveel calorieën nodig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

De concentratie van een stof is de hoeveelheid die je binnenkrijgt wanneer je een bepaald voedingsmiddel eet.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Je drinkt een halve liter kraanwater uit een spa-flesje.
Hoeveel lood krijg je binnen?
A
0,01 mg
B
0,005 mg
C
0,05 mg
D
0,5 mg

Slide 18 - Quiz

Welk reageerbuisje heeft de hoogste concentratie water?
A
In het midden
B
Helemaal rechts
C
Helemaal links
D
De vierde van rechts

Slide 19 - Quiz

Huiswerk en de rest van de les.
iBook verwijderen + opnieuw downloaden!

Als je dit hebt gedaan kun je nakijken en beginnen met hoofdstuk 4. Dit is het huiswerk voor volgende week!

Over twee weken is de toets al!

Slide 20 - Diapositive