Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
3.3: Politiek en Samenleving
Slide 1 - Diapositive
3.2:
In deze paragraaf leer je hoe Nederland vanaf 1815 werd bestuurd.
In deze paragraaf leer je wat veranderde door de grondwet van 1848.
Slide 2 - Diapositive
Leg uit dat deze man ervoor gezorgd heeft dat koning Willem II een stuk minder macht had dan zijn vader Willem I
Slide 3 - Question ouverte
Leg de betekenis van deze spotprent uit.
Slide 4 - Question ouverte
Leg uit welke mensen aan deze betoging (demonstratie) zouden deelnemen gebruik in je antwoord: algemeen kiesrecht
Slide 5 - Question ouverte
Leven en werken in armoede:
19e eeuw: arbeiders werken in slechte omstandigheden in fabrieken.
laag loon, 12- 16 uur werken per dag, zonder een dag vakantie
Geen werk = ontslag en geen geld
ziek of arbeidsongeschikt = geen inkomen
kinderarbeid
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Leven en werken in armoede:
Kinderarbeid was er altijd geweest, maar viel nu meer op
meer burgers werden welvarend
in steden ontstonden grote arbeiderswijken, slechte omstandigheden.
Hogere burgers noemden het probleem van de slechte werk- en leefomstandigheden van de arbeiders: 'de Sociale kwestie'
Slide 8 - Diapositive
Streven naar meer gelijkheid:
In industrielanden zorgden liberalen ervoor dat parlementen Sociale wetten aannamen. Doel: ondersteuning voor mensen die minder goed voor zichzelf konden zorgen.
1874: kinderwetje van kamerlid van Houten: Kinderen onder de 12 jaar mochten niet meer werken in werkplaatsen en fabrieken (wel in de landbouw)
1901: leerplicht, kinderen verplicht naar school.
Slide 9 - Diapositive
leerplicht 1901
kinderwetje 1874
Slide 10 - Diapositive
Streven naar gelijkheid:
Socialisten streefden in de politiek naar meer gelijkheid en minder verschil tussen arm en rijk.
opkomen voor belangen van de arbeiders
industrie-arbeiders vormden een klasse (bevolkingsgroep) die werd uitgebuit door de bezittende klasse: fabrieksarbeiders.
radicale socialisten: met gewelddadige opstand een eind maken aan deze klasse strijd.