4 havo H1.5 IJsselmeergebied en Zuidwestelijke Delta

IJsselmeergebied en de zuidwestelijke delta
Domein Leefomgeving
Hoofdstuk 4
4 HAVO
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

IJsselmeergebied en de zuidwestelijke delta
Domein Leefomgeving
Hoofdstuk 4
4 HAVO

Slide 1 - Diapositive

Vandaag 

Uitleg paragraaf 5
Opdrachten maken en bespreken

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel H1.5
  • Als je deze paragraaf goed hebt bestudeerd, kun je: 
  • uitleggen hoe afsluitbare waterkeringen en bergingsgebieden er bij hoog water voor kunnen zorgen dat overstromingsrisico’s beperkt worden;
  • verklaren dat de grootste overstromingsrisico’s ontstaan bij een combinatie van springtij, noordwesterstorm en piekafvoeren van de rivieren;
  • beredeneren waarom bij (noord)westerstorm het overstromingsrisico in het IJsselmeergebied en de Zuidwestelijke Delta toeneemt;
  • verklaren dat door de zeespiegelstijging het spuien op zee steeds moeilijker wordt.


Slide 3 - Diapositive

Zoek de verschillen

Slide 4 - Diapositive

Zuiderzee
Inpolder plan Cornelis Lely:
Meer landbouwgrond i.v.m. voedsel te korten (WO1) en veiligheid

Slide 5 - Diapositive

Welke polder is uiteindelijk NIET gerealiseerd? 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Wat zijn de verschillen? 
Welke kant is waar en hoe kun je dat zien? 

Slide 8 - Diapositive

Zoetwater
- Belangrijk als zoetwatervoorraad.
- Grootste zoetwateropslag in Nederland.
- Met klimaatverandering gaat het IJsselmeer dus steeds een belangrijkere rol spelen.

Slide 9 - Diapositive

Het IJsselmeergebied nu

Slide 10 - Diapositive

Het IJsselmeergebied nu
- ontvangt water uit de IJssel (aftakking van de Rijn)
- beschermt het noorden van Nederland tegen overstromingen vanuit zee
- de afsluitdijk heeft sluizen en kan water afvoeren als het laagwater is in de waddenzee

Slide 11 - Diapositive

Het IJsselmeergebied uitdagingen
- zeespiegelstijgelstijging
- landdaling
- piekafvoeren
- weersomstandigheden

Slide 12 - Diapositive

Zuidwestelijke Delta

Slide 13 - Diapositive

Zuidwestelijke delta
De Zuidwestelijke Delta bestaat uit:
- Zeeland
- Zuid-Hollandse eilanden
- Het westelijk deel van Noord-Brabant




Slide 14 - Diapositive

Vroeger was dit gebied een trechter-vormige riviermonding: 
een estuarium. 
Nu zijn het door de geplaatste dammen zoete en brakke meren.

Slide 15 - Diapositive

In 1953 braken als gevolg van een extreem hoge waterstand de dijken
Als gevolg van deze waters-noodramp werd het Deltaplan uitgevoerd, waarbij bijna alle zeearmen werden afgesloten met
waterkeringen.

Slide 16 - Diapositive

Alleen de Westerschelde is niet afgesloten van de zee, waarom niet?

Omdat daar het scheep-vaartverkeer van de haven van Antwerpen doorheen moet.

Slide 17 - Diapositive

Stuw bij Driel
Sluizen afsluitdijk
Haringvliet sluizen

Slide 18 - Question de remorquage

IJsselmeergebied en Zuidwestelijke Delta
Blijft kwetsbaar gebied door klimaatverandering en bodemdaling. 


Grootste gevaar bij combinatie springtij, noordwesterstorm en piekafvoer
Springtij is de periode van het getij waarin het verschil tussen hoog- en laagwater het grootst is. Niet alleen het hoogwater is dan hoger dan gemiddeld, het laagwater is dan ook lager dan gemiddeld.
Springtij treedt eens in de ongeveer 15 dagen op en volgt gemiddeld ruim twee etmalen op het moment dat de getijkrachten van de maan en die van de zon dezelfde richting hebben en elkaar maximaal versterken. Dat laatste is het geval wanneer zon, maan en aarde in een rechte lijn staan, dus tijdens nieuwe maan en volle maan. 
Een noordwesterstorm is extra gevaarlijk in Vlaanderen, Nederland en Noord-Duitsland omdat daardoor het water in de Noordzee wordt opgestuwd.

Slide 19 - Diapositive

Klimaatverandering 
... zorgt voor een absolute zeespiegelstijging, waardoor rivieren hun water minder goed kunnen lozen op zee. 

Slide 20 - Diapositive

Dit wordt versterkt door de effecten van het getij en het weer:
bij springtij staat het zeewater extra hoog;

Slide 21 - Diapositive

Aan de slag! 
Maak van paragraaf 1.5 de opdrachten 3, 4 en 5 (atlas)
20 minuten
Daarna: bespreken

Slide 22 - Diapositive

Lesdoel
  • Als je deze paragraaf goed hebt bestudeerd, kun je: 
  • uitleggen hoe afsluitbare waterkeringen en bergingsgebieden er bij hoog water voor kunnen zorgen dat overstromingsrisico’s beperkt worden;
  • verklaren dat de grootste overstromingsrisico’s ontstaan bij een combinatie van springtij, noordwesterstorm en piekafvoeren van de rivieren;
  • beredeneren waarom bij (noord)westerstorm het overstromingsrisico in het IJsselmeergebied en de Zuidwestelijke Delta toeneemt;
  • verklaren dat door de zeespiegelstijging het spuien op zee steeds moeilijker wordt.


Slide 23 - Diapositive