5.3 variatie in genotype

5.3 variatie in genotype
Je kunt omschrijven hoe door geslachtelijke voortplanting variatie in genotypen ontstaat.
Je kunt omschrijven wat een mutatie is.
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

5.3 variatie in genotype
Je kunt omschrijven hoe door geslachtelijke voortplanting variatie in genotypen ontstaat.
Je kunt omschrijven wat een mutatie is.

Slide 1 - Diapositive

Een vrouw heeft de volgende geslachts-chromosomen in de celkernen van een lichaamscel
A
XX
B
XY
C
YY
D
X

Slide 2 - Quiz

Is het genotype van de larve hetzelfde als het genotype van het volwassen dier?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quiz

Chromosomenparen
23 chromosomenparen.

Slide 4 - Diapositive

Een van  beide ouders

Slide 5 - Diapositive

Variatie in genotype
Niemand is hetzelfde!

Geslachtelijke voortplanting

Slide 6 - Diapositive

Mutaties
Mutaties in lichaamscellen -> invloed op het organisme waarin de mutatie optreed. 
 
Mutatie in geslachtcellen -> mutaties worden doorgegeven aan nakomelingen. 

Slide 7 - Diapositive

Mutatie
Mutaties in lichaamscellen -> invloed op het organisme waarin de mutatie optreed. 
 
Mutatie in geslachtcellen -> mutaties worden doorgegeven aan nakomelingen. 
Mutant

Slide 8 - Diapositive

Mutagene invloeden.
Mutagene invloeden zijn dingen die je DNA kunnen laten muteren.

Slide 9 - Diapositive

Gevolg van een mutatie

Slide 10 - Diapositive

Wat heeft meer invloed? Een mutatie in een geslachtscel of een mutatie in een lichaamscel?
A
Geslachtscel
B
Lichaamscel
C
Beide evenveel

Slide 11 - Quiz

Aan de slag!
6.3 Variatie in genotypen
Opdrachten 1, 2, 3, 5, 6 en 7

Slide 12 - Diapositive