4-9-2023 les 1 herhaling afgelopen schooljaar

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Du hast 3 Minuten für:

Je hebt 3 min om: 

• jas uit
• oortjes uit
  
• mobiel in de wandtas
  
• laptop/schrift/pen op tafel
• ga op je vaste plek zitten 

--> Als de 3 minuten voorbij zijn ben je stil en wacht je op de docent!

Hoffentlich hattest du ein gutes Wochenende.

Wat heb je elke Duits les bij:

- opgeladen laptop

- Schrift (alleen eentje voor Duits!) 

- planagenda

Wat gaan we vandaag doen?

- herhaling afgelopen schooljaar

- uitleg grammatica

- Na Klar klassencode activeren

- online opdrachten

 

Wat voor soort werkwoorden zijn 'haben' en 'sein'?

1. regelmatige werkwoorden
2. onregelmatige werkwoorden

werkwoord haben

ich                      

du                         

er/sie/es                     

wir                                     

ihr

sie/Sie

hat

hast

haben

haben

habe

habt

Werkwoord sein

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

bin

bist

ist

sind

seid

sind

Vraagwoorden
Hoe vertaal je WIE in het DUITS?
Wie is dat?

1. wer
2. wo
3. was
4. wann

Vraagwoorden
Hoe vertaal je HOE in het DUITS?
Hoe heet je?

1. wer
2. wo
3. wann
4. wie

Hoe is de hoofdregel voor het vervoegen van werkwoorden.

1. feesttenten
2. feesttent
3. (fe)esttenten
4. (fee)sttenten

Voorbeelden stam op s-klank

	machen	reisen	heißen
ich	mach e	reis e	heiß e
du	mach st	reis t	heiß t
er/sie/es	mach t	reis t	heiß t
wir	mach en	reis en	heiß en
ihr	mach t	reis t	heiß t
sie/Sie	mach en	reis en	heiß en

Du (wohnen) ... in Berlin.

1. wohnt
2. wohne
3. wohnen
4. wohnst

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

stam + en

stam + t

stam + e

stam + st

stam + t

stam + en

Ga naar online NaKlar:

1.1 -> opdracht 12 / 13/ 14b

1.3 -> opdracht  1

1.4 -> opdracht 10 /11 

1.6 -> 1a / 1b

Basisregel der-, die- en das-woorden

Er zijn verschillende manieren om te zien of een zelfstandig naamwoord een der, die of das woord is: 

Sleep de juiste lidwoorden naar de juiste vorm.

mannelijk [m]

onzijdig [o]

meervoud [mv]

vrouwelijk [v]

der

die

das

die

maak online Naklar:

Kapitel 2

- 2.1 opdracht 8 en 10 maken

Een zelfstandig naamwoord vervangen door een persoonlijk voornaamwoord

Met 'er, sie of es' kun je een zelfstandignaamwoord vervangen. Wat hoort bij elkaar? 

er

sie

es

vrouwelijke znw

mannelijke znw

onzijdige znw

meervoud