Periode 3 - Spelling

Vrijdag 18 februari 

Wat gaan we doen:
  • Een kleine geschiedenis van het Nederlands: 
       --> via oud-Nederlands --> naar de grondlegger van de moderne spelling         --> naar een hedendaagse taalkunstenaar met een 'ode aan de taal'

  • Theorie H.4.5-Spelling 
  • Huiswerk do. 24-2 - maken en nakijken:  
       - H.4.5-Spelling, p. 158, opdr. 7 (+nakijken)      
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Vrijdag 18 februari 

Wat gaan we doen:
  • Een kleine geschiedenis van het Nederlands: 
       --> via oud-Nederlands --> naar de grondlegger van de moderne spelling         --> naar een hedendaagse taalkunstenaar met een 'ode aan de taal'

  • Theorie H.4.5-Spelling 
  • Huiswerk do. 24-2 - maken en nakijken:  
       - H.4.5-Spelling, p. 158, opdr. 7 (+nakijken)      

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

1863 - L.A. te Winkel
Grondlegger van de moderne spelling

Slide 3 - Diapositive

                        Spoken word?

Slide 4 - Diapositive

Spoken word is
Gesproken woord
Kunst
Poëzie/gedicht
Rap
Vrij
Verhaal
Optreden
Uiten van je gevoel

Slide 5 - Diapositive

Schrijf op:
Een woord/woorden/zin
dat/die je opvalt
in het volgende Spoken Word-optreden
Artiest:      
Lisette Ma Neza,
Hollandse Belg met Rwandese roots 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Schrijf hier je woord/woorden/zin op:

Slide 8 - Question ouverte

In 2/3/4/5/6 zinnen:
jouw eigen ode aan de taal :-)

Slide 9 - Question ouverte

En dan nu...

Aan het werk met de fundamenten van de taal

Slide 10 - Diapositive

§4.5 ‘Koppelteken, weglatingsteken, apostrof, trema, accent’ (blz. 159)
--> Lezen: theorie op blz. 159




Slide 11 - Diapositive

§4.5 ‘Koppelteken, weglatingsteken, apostrof, trema, accent’ (blz. 159)
1) Laatst zag ik s middags een auto ongeluk in mijn straat. 
2) Mijn buurman en vrouw bleken met hun autos op elkaar gebotst te zijn. 
3) Geemotioneerd liep ik naar de kop en staart botsing toe.
4) Op de achterbank van mijn buurman zag ik zijn boodschappen staan: sate en           lenteui.
5) Mijn buurvrouw was net naar de creche geweest om haar tweeeiige babytjes           op te halen.
6) Na een ambulance en politiebezoek konden de autowrakken weggesleept                 worden.
7) Gelukkig was niemand gewond geraakt, zo hoorde ik later in een                                radiouitzending.
Schrijf de foute woorden goed op door er een koppelteken, weglatingsteken, apostrof, trema of accent aan toe te voegen. In sommige zinnen zitten meerdere fouten. Je hoeft alleen de foute woorden goed op te schrijven.

Slide 12 - Diapositive

§4.5 ‘Koppelteken, weglatingsteken, apostrof, trema, accent’ (blz. 159)

Slide 13 - Diapositive

Huiswerk donderdag 24-02 
Maken + nakijken:
       - H.4.5-Spelling, p. 159, opdr. 7 (+nakijken) 
- H. 5.5-Spelling, p. 201, opdr. 6  (+nakijken)          

Slide 14 - Diapositive

Werkwoordspelling online oefenen met

Slide 15 - Diapositive