Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Europa : klimaten enbegroeiing
5.3
Slide 1 - Diapositive
H5P2: Relief en klimaat.
Ik ken de verschillende klimaten, namelijk Middellands zeeklimaat, zeeklimaat, landklimaat en toendraklimaat; en leer de kenmerken daarvan
Tekstboek bladzijde 76 en 77
Aardrijkskunde
Tekstboek bladzijde 76 en 77
Werkboek bladzijde 11 en 12
Opdracht 1 tot en met 8
Tekstboek bladzijde 76 en 77
Werkboek bladzijde 11 en 12
Opdracht 1 tot en met 8
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Zeeklimaat
Middellandse Zeeklimaat
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Landklimaat
Klimaat in Europa
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Toendraklimaat
Gebieden op hoge breedte waar de gemiddelde temperatuur in de winter beneden -10°C is en het in de zomer niet warmer wordt dan 10°C, hebben een toendraklimaat. Er groeien mossen, grassen en lage struiken.
naaldboomgordel / taiga
De naaldboomgordel of taiga is een gebied waar bijna alleen naaldbomen groeien. In de winter is het gemiddeld kouder dan -3 graden C. Bij deze koude temperaturen kunnen de meeste loofbomen niet overleven.
boomgrens
Als het in de winter kouder is dan gemiddeld -3 graden C en in de zomer is het niet warmer dan gemiddeld 10 graden C, dan groeien er geen bomen meer. Die zomertemperatuur is de boomgrens. Vanaf de boomgrens begint de toendra.
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
permafrost / toendra
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Wat voor klimaat heeft Nederland?
A
Landklimaat
B
Zeeklimaat
C
Woestijnklimaat
D
Poolklimaat
Slide 18 - Quiz
In de zomer zorgt de zee voor _______ bij een _______ wind.
A
verkoeling / aflandige
B
verwarming / aflandige
C
verkoeling / aanlandige
D
verwarming / aanlandige
Slide 19 - Quiz
66,5°
40°
Subtropen
Poolstreken
Gematigde zone
Slide 20 - Question de remorquage
De poolstreken liggen op ...
A
hoge breedte
B
oosterlengte
C
lage breedte
D
gematigde breedte
Slide 21 - Quiz
Gematigd zeeklimaat
toendra klimaat
Middellands zeeklimaat
Land klimaat
Slide 22 - Question de remorquage
Wat is het verschil tussen een landklimaat en een toendraklimaat?