2.1 paragraaf 2 spanning transformeren deel 1

paragraaf 2 spanning gebruiken (transformeren)
spanning opwekken: 
dynamo, spoel, permanente magneet en weekijzer
wisselspanning en wisselstroom vs gelijkspanning

generator
transformator, primaire- en secundaire spoel
hoogspanning 

1 / 45
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

paragraaf 2 spanning gebruiken (transformeren)
spanning opwekken: 
dynamo, spoel, permanente magneet en weekijzer
wisselspanning en wisselstroom vs gelijkspanning

generator
transformator, primaire- en secundaire spoel
hoogspanning 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

spanningsbronnen
Een spanningsbron is een object dat zelf spanning opwekt. Spanning is een verschil in elektrische lading (verschil in + en - deeltjes).  Spanning opwekken kan op verschillende manieren:

> met een chemische (scheikundige) reactie --> accu of batterij (levert gelijkspanning)

> met een spoel en permanente magneet --> dynamo, generator (levert wisselspanning) (windmolen, waterkrachtcentrale of energiecentrale)

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

spanning opwekken
Je kunt een spanning opwekken met een permanente magneet en een spoel door de magneet heen en weer te bewegen in de spoel. 

De (vrije) elektronen die zich in het metaal van de spoel bevinden worden namelijk in beweging gebracht door een magnetische kracht. Wanneer de magneet niet meer beweegt, dan verandert het magneetveld niet langer en verplaatsen de elektronen zich 1-malig onder invloed van deze magnetische kracht, daarna gebeurd er niets meer. De magneet moet dus voortdurend in beweging zijn om het magneetveld te laten veranderen van richting.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

dynamo (of generator)
Een dynamo bestaat uit 

* een permanente magneet, 
* een wijkijzeren kern en 
* een spoel. 

De permanente magneet zit vast aan een tandwieltje dat rond kan draaien, hierdoor draait ook de permanente magneet rond wanneer je wiel draait. De permanente magneet magnetiseert de spoel waar een weeskinderen kern door  heen zit. De spoel  wordt door het rond draaien van de permanente magneet steeds wisselend gemagnetiseerd, waardoor het magneetveld steeds veranderd en de elektronen in beweging blijven. De weeskinderen kern versterkt dit effect.

Een dynamo levert wisselspanning.

Slide 8 - Diapositive

Dynamo
Wisselspanning

Slide 9 - Diapositive

wisselspanning

Een dynamo levert wisselspanning, dit houd in dat de waarde van de spanning wisselend is. Deze loopt steeds van 0V naar een maximum spanning en kan dus alle tussen liggende waarden hebben. Ook wisselen de plus- en minpool steeds van kant. hierdoor verandert ook de stroom steeds van richting er ontstaat een wisselstroom.

symbool voor wisselspanning/wisselstroom:

Slide 10 - Diapositive

gelijkspanning
Gelijkspanning houdt in dat de spanningsbron een vaste pluspool en een vaste minpool heeft. Ook is de waarde van de spanning die geleverd wordt constant gelijk, vandaar het woord gelijkspanning

Een batterij levert gelijkspanning. wanneer je een batterij bekijkt, dan zie je dat deze een vaste pluspool heeft (het uitstulpseltje) en een vaste minpool (de plattekant). Ook staat er op een batterij welke spanning deze levert, bijv. continue 1,5V. Een vaste spanning dus.

symbool voor gelijkspanning:

Slide 11 - Diapositive

veldlijnen permanente magneet
Let op! Veldlijnen (pijlen) lopen van Noord (N) naar zuid (S).
Veldlijnen lopen in grote bogen uit elkaar. Ze beginnen gecentreerd bij de Noordpool en spreiden zich zodra dit kan zo ver mogelijk uit.

Slide 12 - Diapositive

Weekijzer: ijzer bewerkt, zodat het gemakkelijker en sneller magnetisch wordt respectievelijk juist sneller het magneetveld kwijt raakt.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

energie opwekken in een energiecentrale
1.) In energiecentrales worden fossiele brandstoffen (steenkool of aardgas) verbrand om water te verhitten tot stoom. 
2.) Deze stoom zorgt voor een hoge druk die vervolgens een stoomturbine laat draaien. 
3.) Deze stoomturbine zit vast aan een generator (soort grote dynamo) waarin elektrische (wissel)spanning wordt opgewekt. Deze wisselspanning is tussen de 10.000-20.000V.
Deze spanning moet naar huishoudens en bedrijven worden vervoerd. Hoe hoger de spanning, des te minder energieverlies er optreed. om deze reden moet deze spanning omhoog worden getransformeerd naar 400.000V.
4.) spanning wordt met behulp van een transformator verhoogd van 10.000 a 20.000V naar 400.000V. Deze spanning wordt hoogspanning genoemd.

Slide 15 - Diapositive

transformator
Een transformator is een elektronisch onderdeel dat spanning kan verhogen of verlagen. 

Een transformator bestaat uit een weekijzeren kern, een primaire en een secundaire spoel.

Bij energiecentrales wordt de opgewekte wisselspanning van 10.000 a 20.000V met behulp van een transformator verhoogt tot een hoogspanning van 400.000V.  Bij verdeelstations wordt deze hoogspanning weer omlaag gebracht tot 10.000V en vervolgens in transformatorenhuisjes in woonwijken wordt de spanning weer omlaag gebracht tot netspanning (230V).

Slide 16 - Diapositive

transformator

Slide 17 - Diapositive

werking transformator
1.) Wanneer men een wisselspanning aan sluit op de uiteinden van de primaire spoel, dan loopt er een wisselstroom door de spoel en wordt de primaire spoel afwisselend wel/niet magnetisch.
2.) De weekijzeren kern neemt dit wisselende magneetveld over. 
3.) De wijkijzeren kern loopt door zowel de primaire spoel als de secundaire spoel. Er ontstaat dus ook in de secundaire spoel  een magneetveld. Hierdoor wordt er een wisselspanning opgewekt in de secundaire spoel en gaat er een wisselstroom lopen door de secundaire spoel.

Spanning is een maat voor de energie die geleverd wordt. Energie gaat niet verloren, dus in theorie komt de elektrische energie die in de primaire spoel wordt opgenomen in de secundaire spoel weer vrij. 

Slide 18 - Diapositive

omhoog/omlaag transformeren
Het aantal wikkelingen van de spoel bepaald de hoogte van de spanning.

veel wikkelingen = hoge spanning (lage stroom)
weinig wikkelingen = lage spanning (hoge stroom)

spanning wordt omlaag getransformeerd (Up > Us):
wanneer de primaire spoel meer windingen heeft dan de secundaire spoel (Np > Ns)

spanning wordt omhoog getransformeerd (Us > Up):
wanneer de secundaire spoel meer windingen heeft dan de primaire spoel (Ns > Np)

Slide 19 - Diapositive

formule transformator

Up = primaire spanning 
Us = secundaire spanning
Np = aantal wikkelingen van de primaire spoel
Ns = aantal wikkelingen van de secundaire spoel


Up x Ns = Us x Np
(Us)(Up)=(Ns)(Np)

Slide 20 - Diapositive

Filmpje spijker door branden met een transformator

Slide 21 - Diapositive

voorbeeldsom
Een deurbel sluit je aan op netspanning (230V), dit is de opgenomen spanning in de primaire stroomkring. Echter is de opgenomen spanning veel te hoog voor een deurbel om goed op te kunnen werken. Er wordt gebruik gemaakt van een transformator om de spanning omlaag te transformeren. de transformator heeft een primaire spoel met 350 wikkelingen. de secundaire spoel heeft 15 wikkelingen. 

Bereken de spanning waarop de deurbel werkt.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

1 = een spoel
2 = permanente magneet

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

1 = een spoel
2 = permanente magneet

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

1 = een spoel
2 = permanente magneet

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

De lader werkt op wisselspanning
De lader levert gelijkspanning
De secundaire spoel heeft meer windingen

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Diapositive

Bij een ideale transformator geld: Pp = Ps
Pp = 0,8W
Ps = ?W
Us = 1,2V
Is = 4,5mA = 0,0045A

Ps = Us x Is
Ps = 1,2 x 0,0045 

Ps = 0,0054W

De transformator is dus niet ideaal, omdat Ps (0,0054W) niet gelijk is aan Pp (0,8W)

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

Pop = 85W
Paf = 45W

Rendement = paf / Pop x 100%
Rendement = 45 / 85 x100% 

Rendement = 52,9%

Slide 40 - Diapositive

Een batterij en accu leveren
A
gelijkspanning
B
wisselspanning

Slide 41 - Quiz

je kunt wisselspanning opwekken met....
A
een week ijzeren kern en een spoel
B
met een permanente magneet en een spoel
C
een week ijzeren kern en een permanente magneet
D
geen van de bovenstaande

Slide 42 - Quiz

Opgewekte spanning in energiecentrales wordt verhoogt voordat het vervoert wordt met behulp van ...
A
een generator
B
een stoomturbine
C
een transformator
D
een adapter

Slide 43 - Quiz

Een transformator heeft een primaire spoel met 1500 wikkelingen en een secundaire spoel met 200 wikkelingen. De secundaire spanning is 24V. Bereken de primaire spanning. rond indien nodig af op een heel getal. geen eenheid noteren!

Slide 44 - Question ouverte

Een telefoon wordt met een adapter aangesloten op het lichtnet (230V) om op te laden. De spanning die door de telefoon via de secundaire spoel wordt opgenomen is 5,7V. De secundaire spoel heeft 5 wikkelingen. Hoeveel windingen heeft de secundaire spoel.

Slide 45 - Question ouverte