Eentermen en veeltermen

4 - 8 - 12 - 16 - 20
Wat is het volgende getal?
A
24
B
28
C
32
D
40
1 / 17
suivant
Slide 1: Quiz
WiskundeSecundair onderwijs

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

4 - 8 - 12 - 16 - 20
Wat is het volgende getal?
A
24
B
28
C
32
D
40

Slide 1 - Quiz

4 - 8 - 12 - 16 - 20
Wat is het volgende getal?
A
24
B
28
C
32
D
40

Slide 2 - Quiz







Hoeveel oranje vierkantjes zitten er in de volgende figuur?

Slide 3 - Question ouverte



Er staan hier nu 4 figuren. In de vijfde figuur zitten er 6 oranje vakjes. Hoeveel zitten er in de 6e figuur?

Slide 4 - Question ouverte




En in de 47e figuur?

Slide 5 - Question ouverte




Leg uit hoe je het aantal oranje vakjes kan bereken in de 52e figuur.

Slide 6 - Question ouverte

In formulevorm:
Als n = nummer van de figuur
Dan is het aantal oranje vakjes van een figuur = n + 1

Slide 7 - Diapositive

4 - 8 - 12 - 16 - 20
Herbekijken we de eerste rij:
1e getal = 4 = 4 . 1
2e getal = 8 = 4 . 2
3e getal = 12 = 4 . 3
4e getal = 16 = 4 . 4
5e getal = 20 = 4 . 5
6e getal = 4 . 6 = 24
 in formule: 4 . n 
waarbij n = nummer van het getal       


Slide 8 - Diapositive

4 . n en n + 1 noemen we lettervormen

4 . n of ook 4n noemen we een eenterm

n + 1 noemen we een veelterm

Slide 9 - Diapositive

Eentermen
Een eenterm is een product van een aantal cijferfactoren ( = coëfficiënten) en letterfactoren.
Bijvoorbeeld:
3a --> 3 is de coëfficiënt en a is het lettergedeelte
-5x-->  -5 is de coëfficiënt en x2 ix het lettergedeelte
ab  -->  1 is de coëfficiënt en ab is het lettergedeelte

Slide 10 - Diapositive

Gelijksoortige eentermen
Dit zijn eentermen met hetzelfde lettergedeelte
Bijvoorbeeld:

3a, -4a, 0,5a, a

2a², 9a², -56a², a²

5a²b, -2a²b, a²b


Slide 11 - Diapositive

Sleep de gelijksoortige eentermen naar de juiste plaats
-0,5a³b²
-0,5ab
4a³b²
-ab
6a²
-3a³b²
a³b²
4,2a²b
8,91ab
-0,5
8,3ab²

Slide 12 - Question de remorquage

Getalwaarde van een eenterm
Om de getalwaarde van een eenterm te bepalen, vervang je de letters door de gegeven getallen en werk je daarna de rekenoefening uit.
Bijvoorbeeld:

2ab ; a = 5 en b = 3
2 . 5 . 3 = 30

Slide 13 - Diapositive

Bereken de getalwaarde van

4x als x = 6
A
46
B
10
C
24
D
4,6

Slide 14 - Quiz

Bereken de getalwaarde van

2ab als a = 3 en b = 4
A
24
B
234
C
9
D
2,34

Slide 15 - Quiz

Bereken de getalwaarde van

4x³ als x = 2
A
42
B
32
C
423
D
4,2

Slide 16 - Quiz

Bereken de getalwaarde van

-7a als a = -2
A
-14
B
14
C
-72
D
72

Slide 17 - Quiz