Het menselijk lichaam 2.1 - Het bloedvatenstelsel (workshop)

Het menselijk lichaam
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Het menselijk lichaam

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Hoe zit je erbij vandaag?
😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Sondage

Wat staat er vandaag op het programma?

Slide 4 - Diapositive

Introvraag
Welke spiervezels zijn roder van kleur? Die van een marathonloper of van een gewichtheffer?
Bespreek met je mc hoe dit kleurverschil komt.

Slide 5 - Carte mentale

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

1. Slagader: naar orgaan toe (van hart af)
2. Haarvaten: Door organen heen
3. Aders: van orgaan af (richting hart)
1
2
3

Slide 8 - Diapositive

1 cellaag dik
stofwisseling

Slide 9 - Diapositive

Zet de stroomsnelheid van het bloed in de 3 soorten bloedvaten volgorde van snel naar langzaam.

A
Slagader - haarvat - ader
B
Ader - haarvat - slagader
C
Ader - slagader - haarvat
D
Slagader - ader - haarvat

Slide 10 - Quiz

Een beschadiging aan dit type bloedvat zorgt voor het snelste/meeste bloedverlies.
A
Ader
B
Haarvat
C
Slagader
D
Er is geen verschil

Slide 11 - Quiz

De haarvaten zijn 1 cellaag dik, zodat er in het orgaan ...(vul in)... kan plaatsvinden.

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Diapositive

Het hart
  • Motor van de bloedsomloop
  • Links / rechts
  • Boezems / kamers
  • Longslagader / Aorta
  • Hartslag voelbaar
  • Verschil jong/oud

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Bloedsomloop versimpeld
Kleine bloedsomloop
Hart - longen - hart

Grote bloedsomloop 
Hart - overige organen - hart

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Hartslag - 3 fases
MC-vraag

Wat is nu volgens jullie het nut van de hartkleppen en de halvemaanvormigekleppen?

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Spieren van een duursporter hebben dus een ..(1).. kleur. De bloedvaten die dit veroorzaken noemen we ..(2)..
De spieren horen bij de ..(3).. bloedsomloop
A
1. lichte 2. slagaders 3. grote
B
1. rode 2. haarvaten 3. grote
C
1. rode 2. haarvaten 3. kleine
D
1. lichte 2. haarvaten 3. grote

Slide 22 - Quiz

Extra informatie:
Het hart wil ook wat
Kransslagader - geeft hartspier zelf zuurstof. Aftakking aorta

Kransader - brengt gebruikt bloed van het hart terug naar rechterboezem

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Als je het hebt over de leerdoelen van de slide hierboven: Hoeveel denk je dat je er nu kent/kunt?
07

Slide 25 - Sondage

Slide 26 - Diapositive

Exit-vraag week 2 - les 2
Stel: je bent een rode bloedcel en je bevind je in de onderste holle ader en je moet naar de haarvaten van de longen. Welke onderdelen (hart en bloedvaten) kom je allemaal tegen? Noem de kortste route en gebruik de juiste volgorde. 

rechterboezem - rechterkamer - longslagaders - haarvaten in longen

Slide 27 - Diapositive

timer
1:00
Stilte. shhht!
Fluisterniveau
MC-niveau
Werksfeer

Slide 28 - Diapositive

Exit-vraag week 2 - les 2
Stel: je bent een rode bloedcel en je bevind je in de onderste holle ader en je moet naar de haarvaten van de longen. Welke onderdelen (hart en bloedvaten) kom je allemaal tegen? Noem de kortste route en gebruik de juiste volgorde. 

Slide 29 - Diapositive