1. Sleep de juiste woorden naar de onderdelen in de tekening.
Ruggenmerg
Zenuwen
Hersenen
1 / 12
suivant
Slide 1: Question de remorquage
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavo, havoLeerjaar 2
Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs.
Éléments de cette leçon
1. Sleep de juiste woorden naar de onderdelen in de tekening.
Ruggenmerg
Zenuwen
Hersenen
Slide 1 - Question de remorquage
2. De zintuigen zijn met de hersenen verbonden door middel van:
A
Oren
B
Spieren
C
Zenuwen
D
Ruggenmerg
Slide 2 - Quiz
3. Waar of niet waar? Je zenuwstelsel werkt alleen als je wakker bent.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quiz
4. Waar of niet waar? Medicijnen, alcohol en drugs hebben invloed op de werking van je zenuwstelsel.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 4 - Quiz
5. Waar of niet waar? Zenuwen lopen naar alle plekken in je lichaam.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
6. Wat is de functie van de hersenen?
Slide 6 - Question ouverte
7. Wat is de functie van de zenuwen?
Slide 7 - Question ouverte
8. Je gaat pannenkoeken bakken en wilt de pannenkoek omdraaien, omdat je hebt gezien dat de pannenkoek bruin wordt. Wat is de prikkel waardoor je de pannenkoek wilt omdraaien?
Slide 8 - Question ouverte
9. De deurbel gaat en je doet open. Zet de begrippen in de juiste volgorde zoals wordt afgelegd in het zenuwstelsel.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Impuls gaat via zenuw (2x kiezen)
Impuls bereikt hersenen
De deurbel gaat
Je spieren gaan bewegen en je loopt naar de deur
Geluid naar gehoorzintuig
Slide 9 - Question de remorquage
10. Wat is de juiste volgorde van onderstaande gebeurtenissen?
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Er gaan berichten van de warmtezintuigen naar de hersenen
Je trekt je trui uit
Het is warm in het klaslokaal
Er gaat een bericht van je hersenen naar je armspieren
De warmtezintuigen in je huid worden geprikkeld
Je neemt waar dat het warm is en besluit je trui uit te doen
Slide 10 - Question de remorquage
11. John zit in de keuken, zijn zintuigen vangen allerlei prikkels op. Op welke prikkel zal John meteen reageren?
A
Zijn oren vangen het geluid van de radio op
B
Zijn neus neemt gaslucht waar
C
Zijn oren vangen het geluid van voorbijrazende auto’s op
D
Met zijn ogen ziet hij dat de kat binnenkomt
Slide 11 - Quiz
12. Leg uit waarom John het snelste op die prikkel zal reageren.