13.3 Noord en Zuid dekolonisatie

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Tijd van ontdekkers en hervormers
Tijd van wereldoorlogen
tijd van burgers en stoommachines
tijd van regenten en vorsten
Tijd van pruiken en revoluties
verzet tegen imperialisme
De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie.
Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme
begin van overzeese Europese expansie
wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie 

Slide 2 - Question de remorquage

Welke twee Europese landen waren als eerste actief in de overzeese expansie?
A
Nederland en Engeland
B
Spanje en Nederland
C
Frankrijk en Portugal
D
Portugal en Spanje

Slide 3 - Quiz

Wat is GEEN motief voor de Europese expansie?
A
Winst maken door te handelen
B
Volkeren bekeren tot het christendom
C
Vorsten wilden macht uitbreiden
D
Verspreiden wetenschap en techniek

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Met welk doel werd de VOC opgericht?

Slide 7 - Question ouverte

Wat was het doel van de WIC?

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Diapositive


De handel in slaven, die vanuit Afrika naar Amerika werden vervoerd, houdt verband met het gebrek aan immuniteit van de ‘Indianen’ voor ziektes als de griep en de pokken.

A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

Kolonialisme is hetzelfde als imperialisme
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

Wat is modern imperialisme?
A
Veel grond in Europa veroveren
B
Veel kolonies stichten in Zuid Amerika
C
Veel grond veroveren en besturen in Afrika en Azië
D
Veel handelen met kolonies

Slide 12 - Quiz

Hoort dit product bij
A
Kolonialisme want verbouwd door slaven
B
Modern Imperialisme want een grondstof voor de industrie
C
Nationalisme want komt uit Amerika
D
Liberalisme want het zorgde voor vrije handel

Slide 13 - Quiz

1: Het modern imperialisme kwam door de industrialisatie in Europa
2: Modern imperialisme en westerse beschaving opleggen gingen samen
A
alleen uitspraak 1 klopt
B
alleen uitspraak 2 klopt
C
geen van de uitspraken kloppen
D
beide uitspraken kloppen

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Wat bepleitte Mahatma Gandhi als verzet tegen het imperialisme?
A
democratische verkiezingen
B
zelfbeschikkingsrecht
C
vreedzame burgerlijke ongehoorzaamheid
D
een gewelddadige opstand

Slide 18 - Quiz

is de volgende zin juist of onjuist?
SU en VS waren tegenstander van het imperialisme van de Europeanen
A
juist
B
onjuist

Slide 19 - Quiz

is de onderstaande zin juist of onjuist?
Indonesië hoefde niet lang en hard te vechten voor onafhankelijkheid
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Slide 24 - Diapositive

Welke verandering moet er volgens de tekenaar komen in de houding van Nederland t.o.v. Nederlands-Indië?

Slide 25 - Question ouverte

Slide 26 - Diapositive

wat is de visie van de tekenaar over de Japanse bezetting? en de rol van Nederland?

Slide 27 - Question ouverte

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive