Blok 4 4.14 Schrijfopdracht 38 en 39 en 4.15 buurtkrant 1Bk

Blok 4 Schrijven
4.14 Taalverzorging
Maak je eigen tekst
4.15 Inleiding-middenstuk- slot
Tekst voor schoolkrant
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Blok 4 Schrijven
4.14 Taalverzorging
Maak je eigen tekst
4.15 Inleiding-middenstuk- slot
Tekst voor schoolkrant

Slide 1 - Diapositive

Lees deze tekst.
Stel je voor: in een werkstuk van je 
klasgenoot staat de volgende zin:

‘De farao was een voorname figuur in het oude Egypte en hij werd door het volk beschouwd als goddelijk.’

Slide 2 - Diapositive

‘De farao was een voorname figuur in het oude Egypte en hij werd door het volk beschouwd als goddelijk.’

Denk je dat je klasgenoot deze zin zelf heeft geschreven? Leg je antwoord uit

Slide 3 - Question ouverte

‘De farao was een voorname figuur in het oude Egypte en hij werd door het volk beschouwd als goddelijk.’

Verander de zin, schrijf hem in je eigen woorden zodat iedereen het begrijpt.

Slide 4 - Question ouverte

Weet je het nog? 
We hebben 4 afspraken en regels voor schrijven.
Daar komt regel 5 bij.

Slide 5 - Diapositive

4.14 Taalverzorging - afspraken en regels Schrijven
  1. Gebruik hoofdletters en leestekens.
     Een tekst waarin hoofdletters en leestekens staan, is makkelijker te lezen.
  2. In een zin schrijf je altijd een persoonsvorm.
  3. Gebruik nette woorden en wees beleefd. Volwassenen en onbekenden spreek je aan met u. Alleen als ze zeggen dat je 'je' mag zeggen, dan schrijf je 'je' .
  4. De regels voor de e-mail

Slide 6 - Diapositive

4.14  Taalverzorging - afspraken en regels Schrijven
5.  Neem een tekst of tekstgedeelten uit een bron nooit zomaar over.
  • Maak er je eigen tekst van. 
  • Verander moeilijke woorden of te lange zinnen.
  • Schrijf altijd de naam van de bron op.
      (ook als je de tekst in je eigen woorden schrijft.)

Slide 7 - Diapositive

Opdracht 38 schrijfopdracht
Je krijgt een schrijfopdracht!
Je bestudeert eerst de informatie in deze les.
Daarna maak je zelfstandig de opdracht.

De opdracht staat in Word bij je huiswerk in magister.

Slide 8 - Diapositive

Opdracht 39 schrijfopdracht
Je krijgt een schrijfopdracht over een tekst van Wikipedia
Je bestudeert eerst de informatie in deze les.
Daarna maak je zelfstandig de opdracht.

De opdracht staat in Word bij je huiswerk in magister.

Slide 9 - Diapositive

Huiswerk
Maken van de schrijfopdrachten, deze moeten uiterlijk maandag 11 april zijn ingeleverd

Dit doe je via berichten in Magister.
Vergeet je naam niet bij je schrijfopdracht te zetten.


Slide 10 - Diapositive

4.15 Inleiding – middenstuk – slot
Een goede tekst bestaat uit drie delen: een inleiding, een middenstuk en een slot.





inleiding
- De schrijver vertelt waar de tekst - het onderwerp - over gaat
- Jij weet dan of je de rest van de tekst ook wilt lezen. 
- Meestal is de inleiding één alinea.
middenstuk
- De schrijver vertelt meer over het onderwerp. 
- Het middenstuk bestaat meestal uit meerdere alinea’s. 
- In elke alinea wordt iets verteld over het onderwerp. (deelonderwerp)
slot
- De schrijver maakt een duidelijk einde aan de tekst. 
- Bijvoorbeeld een korte samenvatting of tip.

Slide 11 - Diapositive

Schrijfopdracht buurtkrant
Je gaat een schrijfopdracht voor een  buurtkrant maken.

De opdracht staat in Word bij je huiswerk in magister.

Slide 12 - Diapositive

Schrijfopdracht buurtkrant
Stel je voor: Je werkt mee aan de buurtkrant. Voor kinderen vanaf negen tot 12 jaar is er elke week een pagina die heet: O, zit dat zo! Op deze pagina staat altijd een tekst waarin iets wordt uitgelegd over een interessant onderwerp.

Jij bent deze week aan de beurt om een tekst te schrijven.

Slide 13 - Diapositive

Schrijfopdracht buurtkrant (2)
  • Kies uit de volgende onderwerpen een onderwerp:
    1. Verzorging huisdier
    2. Watervallen
    3. Olympische Spelen
    4. Elektriciteit
    5. Formule 1
    6. Containerschepen
    7. Zonnepanelen


Slide 14 - Diapositive

Schrijfopdracht buurtkrant (3)
  • 2. Maak een woordweb van jouw onderwerp.
    (in een woordweb zet je alles wat met jouw onderwerp te maken heeft

  • 3. Onderstreep in je woordweb twee woorden waarover je wilt schrijven in je tekst. Dit zijn je deelonderwerpen.

  • 4. Zoek op internet informatie over de deelonderwerpen.

  • Bewaar de informatie goed, deze heb je de volgende les weer nodig.






Slide 15 - Diapositive

Schrijfopdracht buurtkrant (4)

  • Bewaar de informatie goed, deze heb je de volgende les weer nodig.

  • Alle deze informatie en stappen staan ook in het word-document dat ik jullie heb toegestuurd.

  • Je kunt nu aan de opdracht beginnen.






Slide 16 - Diapositive

Schrijfopdracht buurtkrant
Je gaat verder met de schrijfopdracht voor een  buurtkrant.

De opdracht staat in Word bij je huiswerk in magister.

Slide 17 - Diapositive

Schrijfopdracht buurtkrant (5)
1.  Wat is jouw onderwerp en heb je nagedacht over je deelonderwerpen?


Slide 18 - Diapositive

Mijn onderwerp is:

Slide 19 - Question ouverte

Schrijfopdracht buurtkrant (6)

2. Schrijf de inleiding


Vertel in 1 of meer zinnen waar jouw tekst over gaat.

Slide 20 - Diapositive

Schrijfopdracht buurtkrant (7)
3. Schrijf de eerste alinea van het middenstuk

Vertel in 4 tot 8 zinnen over je eerste deelonderwerp

4. Schrijf de tweede alinea van het middenstuk

Vertel in 4 tot 8 zinnen over je tweede deelonderwerp



5. Schrijf het slot.

Sluit je tekst in 1 tot 3 zinnen duidelijk af.

6. Je tekst bestaat uit ongeveer 150 woorden.


7. Zet je naam onder de tekst en sla je tekst goed op.

8. Stuur je kladtekst naar p.wouters@corbulocollege.nl via mail of via berichten naar WTS



Slide 21 - Diapositive

Schrijfopdracht buurtkrant (8)
5. Schrijf het slot.

Sluit je tekst in 1 tot 3 zinnen duidelijk af.

6. Je tekst bestaat uit ongeveer 150 woorden.

7. Zet je naam onder de tekst en sla je tekst goed op.
8. Stuur je kladtekst naar p.wouters@corbulocollege.nl via mail of via berichten naar WTS



Slide 22 - Diapositive